2011 L.H.D

Installatie-instructie

Installation instructions, accessories
Volvo Car Corporation Gothenburg, Sweden
XC90 2011
XC90 (03-) 2011

Instructienr.VersieOnd. nr.Click to download PDF-version of this Installation Instruction
312701621.231296556
Parkeerhulp, camera, XC90




IMG-242200




Uitrusting
A0000162
IMG-239660
IMG-239942
IMG-240693
IMG-239981
IMG-246925
IMG-240675
IMG-239664
IMG-242205

IMG-274123


 
  

INLEIDING

  • Lees de hele instructie door voordat u met de montage begint.

  • Opmerkingen en waarschuwingsteksten zijn bedoeld voor uw veiligheid en om de kans op defecten bij montage te beperken.

  • Controleer voordat u met de montage begint of alle gereedschappen die in de instructie staan beschikbaar zijn.

  • Bepaalde stappen in de instructie worden uitsluitend met afbeeldingen gepresenteerd. Bij meer gecompliceerde stappen staat ook een verklarende tekst.

  • Bij eventuele problemen met de instructie of het accessoire kunt u contact opnemen met uw lokale Volvo-dealer.

  

NB!

Voor auto's met een extra elektronicamodule (AEM) moet de aanwezige kabelboom tussen deze module en de achterste elektronicamodule (REM) worden vervangen (punt 51-66). De nieuwe kabelboom is op de afbeelding van de set met een (A) gemarkeerd.


 

Camera monteren

1
IMG-242207
 

Camera monteren

  • Verwijder kentekenplaat en houder.

2
IMG-242208
 

  • Breng tape op de achterklep aan om de lak te beschermen.

3
IMG-242209
 

  • Bevestig de mal (zie afbeelding).

4
IMG-242210
 

  • Maak een markering volgens de binnenste rechthoek van de mal.

5
IMG-242211
 

  • Gebruik een korte boor en boor gaten volgens de mal.


    NB!

    Boor niet in de mal.


6
IMG-242212
 

  • Boor drie gaten die in elkaar overlopen (zie afbeelding).


    NB!

    Gebruik een korte boor.


7
IMG-242213
 

  • Zaag volgens de binnenkant van de markering uit. De markering moet blijven.

  • Zuig het zaagstof weg.

8
IMG-242214
 

  • Open de achterklep helemaal.

9
IMG-242215
 

  • Verwijder de lijst rond de handgreep door de twee vergrendelingen met een schroevendraaier (1) in te drukken en tegelijkertijd aan de buitenkant met een vouwbeen (2) te wrikken.

10
IMG-242216
 

  • Verwijder de lamp.

  • Maak de connector los.

11
IMG-242218
 

  • Verwijder de schroeven.

  • Trek het paneel omlaag, totdat alle clips loskomen.

12
IMG-242219
 

  • Verwijder het middenpaneel en het rechter zijpaneel.

13
IMG-242220
 

  • Markeren en met een gatzaag boren (zie afbeelding).

  • Stofzuigen.

14
IMG-242221
 

  • Markeren en met een gatzaag boren (zie afbeelding).

  • Stofzuigen.

15
IMG-242222
 

    Geldt voor auto's zonder trillingsdemper

  • Markeren en het gat uitzagen (zie afbeelding).

  • Stofzuigen.

16
IMG-246926
 

    Geldt voor auto's met trillingsdemper

  • Verwijder de trillingsdemper door de drie schroeven te verwijderen.

17
R8504201
 

  • Verwijder de afdekking van het achterste plafondpaneel en de schroeven eronder.

  • Wrik het paneel aan de achterkant voorzichtig los met een kunststof vouwbeen.

  • Trek het paneel aan de achterkant omlaag totdat de vier clips aan de bovenkant loskomen.

  • Als de auto is voorzien van verlichting in het paneel, moet u de connector daarvan losmaken.

  • Trek het paneel naar achteren om het los te maken.

18
IMG-242224
 

  • Maak de sproeierslang los.

19
IMG-242225
 

  • Maak de rubberen doorvoer los en trek de sproeierslang eruit.

20
IMG-242226
 

  • Steek het uiteinde met schuimlaag ongeveer 100 mm op de kabel voor de cameralens en steek deze door het gat.

21
IMG-242227
 

  • Steek de kabel door de rubberen doorvoer. Het uiteinde op de doorvoer met een lip moet in de carrosserie zitten en het deel zonder lip moet in de achterklep zitten. De rubberen doorvoer moet op het deel van de kabel zonder schuimlaag zitten.

22
IMG-242228
 

  • Steek een draad of een kabel door het geboorde gat naar de sproeierslang.

23
IMG-242230
 

  • Tape de kabel voor de camera vast op de draad of kabel die door het gat werd gestoken.

24
IMG-242231
 

  • Trek de kabel door het gat naar buiten.

25
IMG-242232
 

  • Druk de clip van de kabel in het gat vast. Als het gat bezet is, wordt deze in plaats daarvan met een kabelstrop aan de aanwezige kabel vastgezet.

26
IMG-242233
 

  • Plaats de rubberen doorvoer terug en pas de lengte van de kabel van clip naar rubberen doorvoer aan.

27
IMG-242234
 

  • Trek de kabel tussen de achterruit en de achterklep (zie afbeelding).

28
IMG-242235
 

  • Steek de kabel door het gat naar binnen.

29
IMG-242236
 

  • Leg de mal over het gat voor de cameralens (aan de binnenkant van de bagageklep).


    NB!

    Leg deze op dezelfde manier/in dezelfde richting als toen het gat in punt 4 werd gemarkeerd.


30
IMG-242237
 

  • Trek de kabel door de mal en het gat.

31
IMG-242238
 

  • Monteer de connector van de kabel op de cameralens.

32
IMG-242239
 

  • Draai de rechter schroef helemaal in de camera.

  • Stel de mal zo af, dat het rechter gat op de mal recht voor het rechter gat in de achterklep ligt.

    Houd de mal in deze positie (vanuit het gat in de achterklep) en draai tegelijkertijd de rechter schroef van de camera zo vast dat deze grip krijgt.

  • Stel het linker gat ten opzichte van de mal af, monteer de schroef en zet de camera vast.

 

Voorbereidingen, bagageruimte

33
IMG-242240
 

Voorbereidingen, bagageruimte

    Dit geldt voor auto’s met twee rijen stoelen

  • Klap het vloerluik (1) omhoog. Als het vloerluik aan de onderkant voorzien is van een tassenhouder, zit deze met een riem aan elk van de uiteinden van de opberglade vast. Maak deze riemen in dat geval los.

  • Verwijder de opberglade onder het vloerluik.

  • Verwijder het vloerluik in zijn geheel door het bijna volledig op te klappen en vervolgens achteruit uit de bevestigingen te trekken.

    Geldt voor auto’s met drie zitrijen en een geïntegreerde tassenhouder aan de onderkant van het vloerluik

  • Til het vloerluik omhoog (1).

  • Haal de twee riemen van het paneel eronder los. Til het paneel aan de achterkant op, klap het vloerluik weer tegen het paneel aan terug en til het vloerluik vervolgens samen met het paneel uit de auto.

    Geldt voor auto’s met drie rijen stoelen en een geïntegreerde tassenhouder

  • Klap het vloerluik (1) aan de achterkant omhoog en til het naar buiten.

34
R3100130
 

  • Schuif de bestuurdersstoel helemaal naar voren en daarna aan de achterkant helemaal omhoog.

  • Verwijder de drie schroeven uit de accuhouder en til de houder naar buiten.

  • Verwijder de afdekking die over de accu heen zit.

35
IMG-246024
 

  • Zet het contactslot in stand 0.

  • Ontkoppel de minkabel van de accu.


    NB!

    Wacht minimaal drie minuten voordat u de connectors demonteert of andere elektrische onderdelen verwijdert.


36
IMG-242241
 

  • Verwijder het luik aan de linkerkant uit de bagageruimte.

37
IMG-242242
 

  • Verwijder het paneel.

 
38
R3903738
 

  • Trek de rubberen afdekstrip los aan de achterkant van de portieropening voor het linker achterportier, recht tegenover het paneel van de linker C-stijl.

  • Wrik voorzichtig de zijkanten van het paneel van de C-stijl links bij de bovenzijde los. Gebruik een kunststof vouwbeen. Trek vervolgens totdat de drie clips aan de binnenkant loskomen. Voorkom dat de hemelbekleding of het paneel beschadigd raakt.

  • Als er een koptelefoonaansluiting aanwezig is, moet u de connector daarvan verwijderen.

  • Verwijder het paneel door dit iets omhoog te trekken en los te haken uit het zijpaneel.

39
R8504123
 

  • Trek het paneel van de D-stijl voorzichtig los. Begin aan de bovenkant en ga verder naar beneden, totdat de drie clips aan de binnenkant zijn losgekomen.

  • Verwijder de connector op het paneel van de D-stijl (als de auto voorzien is van een luidspreker in de D-stijl, zit de connector op de luidspreker).

  • Verwijder het paneel door dit iets omhoog te trekken en los te haken uit het zijpaneel.

40
R8504313
 

  • Klap het lastoog uit.

  • Pak een kraspen of speciaal gereedschap O/N 9995919 en steek de gehoekte punt in het gat aan de bovenkant van de afdekking.

  • Draai de kraspen zo dat deze aan de achterkant op de afdekking (1) vasthaakt en trek los. Dit moet op het voorste en achterste lastoog worden uitgevoerd.

41
R8504315
 

    Dit geldt voor auto’s met twee rijen stoelen

  • Verwijder de schroeven (2) voor de lastogen.

  • Verwijder de afdekkingen (3) door deze met een vouwbeen of een kleine schroevendraaier weg te wrikken.

  • Verwijder de schroeven (4).

  • Verwijder het paneel door de bovenkant ervan iets naar buiten te trekken, zodat de clips aan de binnenkant loskomen. Trek het paneel vervolgens recht omhoog.

42
R8504316
 

  • Klap de linker stoel van de derde zitrij neer.

  • Verwijder de schroeven (2) voor de lastogen.

  • Verwijder de afdekkingen (3) door deze met een vouwbeen of een kleine schroevendraaier weg te wrikken.

  • Verwijder de schroeven (4).

  • Verwijder de clip (5) op de bodem van het opbergvak.

  • Verwijder het paneel door de bovenkant ervan iets naar buiten te trekken, zodat de clips aan de binnenkant loskomen. Trek het paneel vervolgens recht omhoog.

43
IMG-242243
 

  • Trek de kabel volgens de afbeelding naar de vloer.

 

Voorbereidingen, interieur

44
IMG-242244
 

Voorbereidingen, interieur

  • Steek een schroevendraaier door het gat (1) op de stoelplaat en druk de vergrendelingen in. Haal de plaat naar achteren door met een schroevendraaier tussen stoelrail en plaat te wrikken.

45
IMG-242245
 

  • Wrik het dekpaneel dat over de verbinding tussen de portierdrempels zit voorzichtig los en verwijder het.

46
IMG-242246
 

  • Trek de dorpellijst daarna aan de voorkant recht omhoog. Kantel de dorpellijst uit het paneel van de B-stijl.

47
R8504309
 

  • Druk de vergrendelingen (1) in en verwijder de voorste stoelplaat.

  • Verwijder de schroef.

48
R8504310
 

  • Druk de vergrendelingen (1) in en verwijder de stoelplaat (zie afbeelding).

  • Verwijder de schroef.

49
IMG-242247
 

  • Klap de rugleuning omlaag.

  • Verwijder stoelplaten en schroeven.

  • Til de stoel eruit.


    Let op!

    Wees bij deze handeling voorzichtig, zodat de inrichting of het portierpaneel niet beschadigd raakt.


50
IMG-245600
 

  • Maak het bovenste deel van de dorpellijst aan de achterkant los en maak de veiligheidsgordel los uit het eindbeslag. U maakt de gordel los door met een vouwbeen voorzichtig op de borgnok te drukken, zodat de veiligheidsgordel loskomt van het eindbeslag.

51
IMG-242248
 

  • Trek de dorpellijst omhoog, totdat de drie clips loskomen.

  • Kantel de dorpellijst uit het paneel van de B-stijl.

 

De punten 51-66 gelden voor auto's met extra elektronicamodule (AEM)

52
R8504158
 

De punten 51-66 gelden voor auto's met extra elektronicamodule (AEM)

Kabelboom verwijderen

  • Verwijder het rechter zijvloerluik (1) uit de bagageruimte.

53
IMG-273225
 

  • Verwijder het inklapbare zijpaneel aan de rechterkant.

54A
IMG-274168
54B
IMG-274169
54C
IMG-274170
 

Afbeelding A

  • Verwijder de twee schroeven in de console voor de AEM-module.

Afbeelding B

  • Draai de module omhoog, zodat de 4-polige zwarte connector kan worden losgemaakt.

Afbeelding C

  • Maak de connector los.

55
IMG-274171
 

  • Verwijder de kabelstroppen rond de kabelboom voor de AEM-module langs het achterstuk.

  • Maak de massakabel los.

56
R3703513
 

  • Verwijder de achterste elektronicamodule (REM) door de vergrendeling (1) aan de bovenkant van de module te openen. Klep de module naar voren toe en til deze uit de bevestigingen (2).

57
R3905101
 

  • Duw de pal in van de bruine connector die achter in de zekeringhouder van de bagageruimte zit. Draai de borgarm zo ver mogelijk omhoog en trek de connector naar buiten.

58
D3703496
 

  • Trek de uiteinden van de houder voor de connector voorzichtig van elkaar, zodat de connector langs de borghaken kan komen.

  • Trek de connector naar buiten.

59
R3703512
 

  • Verwijder de rode (R) kabel uit positie 22.

60
M3904942
 

  • Duw de pal in van de grijze connector die achter in de zekeringhouder van de bagageruimte zit. Draai de borgarm zo ver mogelijk omhoog en trek de connector naar buiten.

61
M3703366
 

  • Trek de uiteinden van de houder voor de connector voorzichtig van elkaar, zodat de connector langs de borghaken kan komen.

  • Trek de connector naar buiten.

62
R3703511
 

  • Verwijder de groene (GN) kabel uit positie 19 en de witte (W) kabel uit positie 30 in de connector.

  • Verwijder de hele kabelboom en leg deze weg. Deze wordt niet weer gebruikt.

 
63
R3603578
 

Kabelboom monteren

  • Pak de nieuwe kabelboom (apart te koop), op de afbeelding van de set gemarkeerd met een A, en plaats deze achter de accu.

  • Trek het kabeluiteinde met de zwarte 4-polige connector door het gat aan de achterkant van de rechter laadvloersteun naar de AEM-module. Het andere uiteinde wordt op dezelfde manier aan de linkerkant naar de zekeringhouder getrokken.

64A
IMG-274224
64B
IMG-274225
64C
IMG-274226
 

Afbeelding A

  • Sluit de zwarte 4-polige connector op de AEM-module aan.

Afbeelding B

Afbeelding C

  • Plaats de module terug en zet deze met de twee schroeven vast.

65
R3603579
 

  • Neem vijf kabelstroppen uit de set erbij en zet de kabelboom op de aanwezige kabelboom vast zoals afgebeeld.

  • Verwijder de massaschroef en sluit de massakabel (1) van de nieuwe kabelboom aan. Haal de massaschroef stevig aan.

66
R3703512
 

  • Sluit de rode (R) kabel aan op positie 22 in de bruine connector die van de zekeringhouder werd losgemaakt.

  • Plaats de connector terug in de houder.

  • Plaats de connector terug in de zekeringenhouder.

67
R3703511
 

  • Sluit de groene (GN) kabel aan op positie 19 in de grijze connector die van de zekeringhouder werd losgemaakt. Sluit de witte (W) kabel op positie 30 aan.


    NB!

    Noteer het positienummer van de connector. Deze staan op de uiteinden van de connector en op de onderkant van de elektronicamodule.


  • Plaats de connector terug in de houder.

  • Plaats de connector in de achterste elektronicamodule (REM) terug.

  • Plaats de achterste elektronische module (REM) terug.

 

Parkeerhulpcamera (PAC) monteren

68
R3603610
 

Parkeerhulpcamera (PAC) monteren

De punten 67-76 gelden voor auto's zonder aanhangereenheid (TRM)

  • Reinig de gemarkeerde oppervlakken op de doordiepingen aan de achterkant van de wielkast linksachter met isopropanol. Droog maken.

69
R3603615
 

  • Pak een stuk klittenband en knip dat 90 mm (3 1/2") van de kant af door.

70
A0000335
 

  • Verwijder de beschermende tape van de stukken klittenband.

71
IMG-242249
 

  • Duw de beide stukken klittenband op de doordiepingen vast zoals afgebeeld.

72
IMG-242250
 

  • Maak de onderkant van de parkeerhulpcamera (PAC) schoon met isopropanol.

73
R3603612
 

  • Pak een stuk klittenband en knip dat 75 mm (3") van de kant af door.

74
R3603616
 

  • Verwijder de beschermende tape van de stukken klittenband.

75
IMG-242251
 

  • Duw de stukken klittenband op de regeleenheid vast (zie afbeelding).

76
IMG-242252
 

  • Sluit de drie connectors op de regeleenheid aan.

77
IMG-242253
 

  • Duw de regeleenheid op de zojuist bevestigde stukken klittenband vast. Duw hard, zodat deze goed vastzit.

78
IMG-242254
 

De punten 77-85 gelden voor auto's met aanhangereenheid (TRM)

  • Reinig de oppervlakken op de TRM-eenheid met isopropanol (zie afbeelding).

79
IMG-242255
 

  • Maak de onderkant van de parkeerhulpcamera (PAC) schoon met isopropanol. Droog maken.

80
IMG-222282
 

  • Pak de twee stukken klittenband uit de set en knip ze in het midden door.

81
IMG-222283
 

  • Duw de stukken klittenband op elkaar vast.

82
IMG-222285
 

  • Verwijder de beschermende film aan een kant van de stukken klittenband.

83
IMG-242256
 

  • Druk de stukken klittenband op de regeleenheid parkeerhulpcamera vast (zie afbeelding).

84
IMG-242257
 

  • Verwijder de beschermende film van de stukken klittenband.

85
IMG-242258
 

  • Sluit de drie connectors op de regeleenheid aan.

86
IMG-242259
 

  • Plaats de regeleenheid parkeerhulpcamera op de TRM-eenheid. Deze moet zo zitten dat de eenheden aan de achterkant met de randen tegen elkaar aan zitten.

 

Op de achterste elektronicamodule (REM) aansluiten

87
IMG-242260
 

Op de achterste elektronicamodule (REM) aansluiten

De punten 86-89 gelden voor auto's zonder AEM-module

  • Verwijder de achterste elektronicamodule (REM) door de pal (1) aan de bovenkant omhoog te brengen. Kantel de module naar buiten en til deze uit de bevestigingen (2).

88
M3904942
 

  • Druk de vergrendelingen op de grijze connector aan de achterkant in, draai de borgarm zover mogelijk omhoog en trek de connector eruit.

89
M3703366
 

  • Trek de uiteinden van de houder voor de connector voorzichtig van elkaar, zodat de connector langs de borghaken kan komen.

  • Trek de connector naar buiten.

90
R3703511
 


NB!

Noteer het positienummer van de connector. Deze staan op de uiteinden van de connector en op de onderkant van de elektronicamodule.


  • Sluit de groene (GN) kabel aan op positie 19 in de connector. Sluit de witte (W) kabel aan op positie 30.

  • Plaats de connector terug in de houder.

  • Plaats de connector in de achterste elektronicamodule (REM) terug.

  • Plaats de achterste elektronische module (REM) terug.

 
91
IMG-274233
 

De punten 90-95 gelden voor auto's met AEM-module

  • Sluit de grote zwarte stekerbus in de voorgetrokken kabelboom aan op het contact voor de trekhaakbedrading in de zekeringhouder.

    Zet de overgebleven grote zwarte steker met kabelstroppen uit de set vast.

92
IMG-274234
 

    De punten 91-92 gelden voor auto's met trekhaak

  • Maak de connector van de trekhaakbedrading los uit de zekeringhouder.

93
IMG-274235
 

  • Sluit de grote zwarte stekerbus in de voorgetrokken kabelboom op de zekeringhouder aan.

  • Sluit de connector van de trekhaakbedrading die van de zekeringhouder werd losgemaakt aan op de overeenkomende connector in de voorgetrokken kabelboom.

94
IMG-274236
 

    De punten 93-95 gelden voor auto's met trekhaakbedradingsadapter

  • Maak de connector van de trekhaakbedradingsadapter los van de zekeringhouder.

95
IMG-274237
 

  • Sluit de grote zwarte stekerbus in de voorgetrokken kabelboom op de zekeringhouder aan.

  • Sluit de connector van de trekhaakbedradingsadapter die van de zekeringhouder werd losgemaakt aan op de overeenkomende connector in de voorgetrokken kabelboom.

96
IMG-274238
 

  • Zet de losse kabels en de kleine zekeringhouder met kabelstroppen vast.

 

Op de multimedia-eenheid (MMM) aansluiten

97
IMG-242261
 

Op de multimedia-eenheid (MMM) aansluiten

  • Trek de beide adapterkabels (5-polige groene en 12-polige grijze connector) langs de dorpel naar de bestuurdersstoel.

98
IMG-242262
 

  • Maak de twee connectors op de multimedia-eenheid (MMM) los.

99
IMG-242263
 

  • Sluit de voorgetrokken adapterkabels op de multimedia-eenheid (MMM) en op de resp. losgehaalde connector aan.


    NB!

    Trek de nieuwe kabels onder de aanwezige kabels.


100
IMG-242264
 

  • Plaats de connectors en de overlengte van de bedrading in de verbinding onder de mat.

 

Massastrip monteren

101
IMG-246927
 

Massastrip monteren

  • Steek de haak van het gereedschap tussen het dashboard en het rooster. Draai het gereedschap 90° en trek het rooster recht omhoog los.

102
IMG-246928
 

  • Verwijder de vijf schroeven.

103
IMG-246929
 

    Geldt voor auto's zonder middelste luidspreker

  • Til de beeldschermeenheid op en zet deze op het dashboard.


    NB!

    Leg een bescherming onder de beeldschermeenheid, zodat het dashboard niet beschadigd raakt.


    Geldt voor auto's met middelste luidspreker

  • Maak de drie connectors los.

104
IMG-246930
 

  • Verwijder de M6-schroef.

105
IMG-246933
 

  • Pak de massastrip en het stuk schuimtape uit de set.

  • Knip de schuimtape in twee even grote stukken. Bekleed de massastrip zo met schuimtape, dat er geen schuimtape op de kabelschoenen zit.

106
IMG-246934
 

  • Monteer de massastrip (zie afbeelding). Gebruik een nieuwe schroef uit de set.

107
IMG-246935
 

    Geldt voor auto's zonder middelste luidspreker

  • Plaats de beeldschermeenheid terug en steek tegelijkertijd de massastrip door het gat voor het beeldscherm.

  • Verwijder de linker schroef voor het beeldscherm.

108
IMG-246936
 

    Geldt voor auto's zonder middelste luidspreker

  • Plaats de massastrip over het gat waar de schroef zat, plaats de schroef terug en zet de massastrip vast.

  • Plaats de vijf schroeven voor de beeldschermeenheid terug.

  • Plaats het rooster terug.

109
IMG-248723
 

    De punten 108-113 gelden voor auto's met middelste luidspreker

  • Verwijder de drie schroeven voor het beeldscherm.

  • Verwijder het beeldscherm door dit eerst aan de onderkant naar achteren te kantelen en er vervolgens eruit te schuiven.

110
IMG-248724
 

  • Lokaliseer de korte kant bij het linker bevestigingspunt voor het beeldscherm op het luidsprekerframe.

111
IMG-248725
 

  • Meet twee punten uit en markeer deze (zie afbeelding).

112
IMG-248726
 

  • Boor in het midden van de markeringen voor met een boor van Ø2 mm (5/64").

  • Boor daarna de gaten met een boor van Ø8 mm (5/16").

  • Snijd het deel dat tussen de boorgaten blijft zitten weg (zie afbeelding).

113
IMG-248727
 

  • Plaats het beeldscherm terug en zet dit met twee schroeven vast (zie afbeelding).

114
IMG-248728
 

  • Pak het losse uiteinde van de massastrip en steek dit van onder in, door de geboorde gaten.

  • Bevestig de kabelschoen met de schroef voor het beeldscherm en zet deze vast.

  • Plaats de beeldschermeenheid met de vijf schroeven terug.

  • Plaats het rooster terug.

 

Afrondende werkzaamheden

115
IMG-336901
 

Afrondende werkzaamheden

    Bevestig het volgende:

  • de drempelsierpanelen.

  • het dekpaneel over de verbinding tussen de portierdrempels.

  • de veiligheidsgordel.


    NB!

    Controleer of de veiligheidsgordel vast zit door er hard aan te trekken met een opwaartse beweging.


  • de stoel, haal de schroeven aan met 50 Nm (36,8 lbf.ft.).

  • de stoelplaten.

  • de zijpanelen.

  • Sluit de minkabel van de accu opnieuw aan.

116
IMG-336904
 


Waarschuwing!

Als, nadat de accu ontkopppeld is geweest, voor het eerst weer het contact wordt ingeschakeld, doet u dit door buiten de auto te gaan staan, de arm naar binnen te steken en het werkgebied voor de airbags te vermijden.


  • Zet de contactsleutel in stand II.

117
IMG-242268
 

  • Download de software (applicatie) voor de werking van het accessoire volgens de service-informatie in VIDA. Zie VIDA of de accessoirescatalogus voor het artikelnummer van de software.

118
IMG-336903
 

    Voer de functietest uit zoals hieronder beschreven

  • Zet de auto in de achteruit

  • Activeer het scherm voor RTI

  • Wacht tot de melding "Update Environment" op het scherm wordt weergegeven.

  • Volg de instructies die op het scherm worden weergegeven

  • Schakel het contact gedurende minimaal 10 seconden uit. Schakel het contact in.

  • Activeer het scherm voor RTI

  • Controleer of de steunlijnen op het scherm worden weergegeven en of deze reageren op stuurbewegingen.

119
IMG-242268
 

  • Controleer de positie van de camera met behulp van het kalibreerprogramma. Zie VIDA onder "Diagnostiek/Autocommunicatie/Geavanceerd".


    NB!

    Als de cameralens niet in de juiste stand kan worden gezet, moet de lens worden verwijderd en moeten de twee gaten voor de schroeven in de achterklep worden uitgeboord. Het is ook mogelijk dat het rechthoekige gat moet worden gevijld, zodat de cameralens in de juiste stand kan worden afgesteld.


  • Plaats de panelen van de achterklep en de lamp terug.

  • Plaats de vloerluiken terug.