2006 L.H.D

Installatie-instructie

Installation instructions, accessories
Volvo Car Corporation Gothenburg, Sweden
S40 2006
S40 (04-) 2006

Instructienr.VersieOnd. nr.Click to download PDF-version of this Installation Instruction
313510461.131351045
Stuurwiel, leer




Uitrusting
A0000162
A0000161

J8803127

IMG-219100

IMG-251733

M6400691


 
  

INLEIDING

  • Lees de hele instructie door voordat u met de montage begint.

  • Opmerkingen en waarschuwingsteksten zijn bedoeld voor uw veiligheid en om de kans op defecten bij montage te beperken.

  • Controleer voordat u met de montage begint of alle gereedschappen die in de instructie staan beschikbaar zijn.

  • Bepaalde stappen in de instructie worden uitsluitend met afbeeldingen gepresenteerd. Bij meer gecompliceerde stappen staat ook een verklarende tekst.

  • Bij eventuele problemen met de instructie of het accessoire kunt u contact opnemen met uw lokale Volvo-dealer.

 

Stuurwiel verwijderen

1
A8800136
 

Stuurwiel verwijderen

  • Zet de contactsleutel in stand 0. Laat de sleutel in het contactslot

  • Ontkoppel de minkabel van de accu.


NB!

Wacht minstens vijf minuten voordat u de connectors ontkoppelt of andere elektrische onderdelen verwijdert.


2
J6400903
 

  • Draai het stuurwiel een kwartslag zodat u bij de gaten op de achterzijde van het stuurwiel kunt komen.

3
M6400670
 

  • Steek een schroevendraaier in het gat (2) aan de achterzijde van het stuurwiel, haaks op het achtervlak van het stuurwiel Steek de schroevendraaier zo ver mogelijk naar binnen om de stand van het uiteinde van de veerklem (1) te bepalen

  • Plaats het uiteinde van de schroevendraaier boven op de veerklem (zie de afbeelding)

  • Wrik de schroevendraaier omhoog in de richting van de bovenste rand van het gat (2) totdat het uiteinde van de schroevendraaier de veerklem omlaag drukt (1) en één zijde van de stuurwieleenheid losspringt en loskomt uit de bevestiging

  • Draai het stuurwiel een halve slag in de tegengestelde richting. Voer dezelfde handeling uit aan de andere zijde

  • Draai het stuurwiel in de neutraalstand. Verwijder de contactsleutel uit het contactslot.

4
M3903271
 

  • Klap de stuurwieleenheid naar buiten

  • Verwijder de twee connectors (1) voor de ontstekingskabels van de airbag. Druk eerst de pallen op de zijkanten in. Trek vervolgens de connectors naar buiten.


    NB!

    De connectors zitten stevig vast. We raden u echter af gereedschap te gebruiken bij het verwijderen.


  • Leg de stuurwieleenheid opzij.


    NB!

    Plaats de stuurwieleenheid in een veilige positie met de voorzijde omhoog als u de werkzaamheden uitvoert.


5
J6400904
 

    Verwijder:

  • de connector (1)

  • de schroef (2) waarmee het stuurwiel vastzit, laat het stuurwiel op zijn plaats zitten.

6
J6400906
 

    Verwijder:

  • de schroef (1). Bevestig de schroef in de contactrol (2)

  • het stuurwiel. Trek de bedrading naar buiten door het gat in het stuurwiel.

 

Onderdelen overbrengen

7
J6400907
 

Onderdelen overbrengen

  • Ontkoppel de kabelaansluiting (1) voor de claxon

  • Ontkoppel de connector (2) voor de toetsenblokken uit de claxon

  • Verwijder de drie schroeven (3). Til de claxon naar buiten.

8
J6400908
 

  • Verwijder de linker en rechter toetsenblokken uit het toetsenbord. Wrik ze voorzichtig los met behulp van kunststof tochtstripgereedschap. Draai het tochtstripgereedschap om het toetsenblok los te wrikken. Deze wordt stevig op zijn plaats gehouden met drie nokken in het stuurwiel, dus voor het verwijderen is enige kracht nodig.

9
J6400909
 

    Geldt voor auto's met een RTI-toetsenblok

  • Ontkoppel de connector (1) voor het toetsenblok voor RTI

  • Verwijder de schroef (2).

10
J6400900
 

    Geldt voor auto's met een RTI-toetsenblok

  • Wrik het toetsenblok bij de voorste rand los en haak het los uit het stuurwiel bij de achterste rand

  • Trek de kabel uit het stuurwiel.

11
J6400911
 

    Geldt voor alle modellen

  • Trek de bedrading uit de toetsenblokken uit de kanalen in de onderzijde van het stuurwiel. Breng de bedrading met de toetsenblokken over naar het nieuwe stuurwiel.

12
J6400965
 

    Geldt voor auto's met trillingsdempers

  • Verwijder de schroef en de trillingsdemper uit het stuurwiel. Breng over naar het nieuwe stuurwiel.

13
J6400902
 

    Geldt voor auto's met een RTI-toetsenblok

  • Verwijder de afdekking op de achterzijde van de rechter spaak van het nieuwe stuurwiel.

14
J6400913
 

    Geldt voor auto's met een RTI-toetsenblok

  • Steek de RTI-bedrading in de achterzijde van de spaken en leid ze naar het stuurwiel

  • Plaats het toetsenblok terug op de achterzijde van de spaken. Draai aan met behulp van de schroef.

    Geldt voor alle modellen

  • Druk de toetsenblokken in het stuurwiel.


    NB!

    Zorg dat de bedrading die onder de toetsenblokken is geleid, niet klem zit als ze op hun plaats worden gedrukt.


  • Plaats de bedrading voor de toetsenblokken (inclusief RTI) in de groeven aan de onderzijde van het stuurwiel

  • Draai de massakabel aan (1).

15
J6400912
 

  • Controleer of de drie veren onder de claxon op hun plaats zitten

  • Plaats de claxon terug in het stuurwiel

  • Bevestig de drie schroeven (1) in de claxonring en haal ze kruiselings aan tot 8 ±2 Nm (6 ±1,5 lbf.ft.).


    NB!

    De schroeven zijn zelftappend. Dit kan betekenen dat ze misschien moeilijk vast te draaien zijn.


  • Controleer de werking van de claxon door de claxon over de hele omtrek in te drukken. U hoort een metaalachtig geluid wanneer de drie contactpunten elkaar raken

  • Sluit de connector (2) voor de toetsenblokken in de claxon opnieuw aan

  • Bevestig de kabelaansluiting (3) voor de claxon opnieuw.

 

Het nieuwe stuurwiel bevestigen

16
J6400914
 

Het nieuwe stuurwiel bevestigen

  • Steek de bedrading door de opening in het nieuwe stuurwiel

  • Bevestig voorzichtig het nieuwe stuurwiel door het recht te houden en de paspennen (1) op de contactrol uit te lijnen. Leid de ontstekingsbedrading voor de airbag door de houder (2)

  • Verwijder de schroef (3) uit de contactrol en bevestig de schroef opnieuw in de houder. Zie punt 6

  • Bevestig de nieuwe schroef (4). Draai aan tot 40 Nm (30 lbf.ft.)

  • Sluit de connector (5) aan.

17
J6400898
 

  • Controleer of de twee veren (1) op hun plaats zitten

  • Druk op de twee connectors voor de ontstekingskabels voor de airbag in de stuurwieleenheid

  • Steek de twee pennen aan de achterzijde van de stuurwieleenheid in de twee veren. Zorg ervoor dat de ontstekingskabels nergens klem zitten

  • Druk de stuurwieleenheid in de bevestigingen. (U hoort twee klikken.).

18
A8800137
 

  • Steek de sleutel in het contact en draai deze in stand "II".

  • Sluit de minkabel van de accu weer aan.