Voorbereidingen

Voorbereidingen

• Neem de linker koplamp los door de twee borgpennen naar boven te trekken en vervolgens de koplamp naar voren toe los te trekken.

• Wrik de vergrendeling van de connector voor de koplamp voorzichtig met een schroevendraaier los.

• Trek de vergrendeling volledig omhoog, neem de connector los en leg de koplamp opzij.

Geldt voor auto's waarin een op brandstof aangedreven parkeerverwarming is gemonteerd

• Boor de drie klinknagels aan de voorkant van het linker binnenscherm uit.

• Verwijder de resten van de klinknagels.

• Buig het binnenscherm opzij en bevestig dit zo, dat de parkeerverwarming bereikbaar wordt.

• Reinig het oppervlak van de bumperbekleding waar de voorste inlaatopening van de verwarmer moet worden bevestigd.

• Verwijder de klem op het paneel voor het dimlicht.

• Verwijder het paneel over de mistkoplamp door deze met een vouwbeen voorzichtig los te wrikken van de bumperbekleding. Het paneel heeft rondom borghaken. De hoek (1) op het andere paneelgedeelte moet worden losgewrikt, aangezien deze het paneel overlapt.

• Snijd aan de binnenkant van het paneel een gat voor de beschermkap van de voorste inlaatopening volgens de aanwezige markering uit.

• Controleer en snijd deze eventueel bij totdat de beschermkap past.

• Boor een Ø 29 mm ( 1 1/8") gat met een gatzaag volgens de aanwezige markering aan de onderkant van de bumperbekleding. Boor voor met een Ø 3mm (1/8") boor.

  
  

  NB! Het is belangrijk dat het gat precies midden de markering wordt geboord, zodat het met het eerder uitgesneden gat samenvalt.

  
  

• Werk de randen van de gaten bij en verwijder metaalslijpsel van het boren.

• Plaats het dimlichtpaneel terug.

• Druk de klem vast op het paneel.

Frontaansluiting motorverwarmer monteren

Frontaansluiting motorverwarmer monteren

• Druk de beschermkap (uit de set) op zijn plaats in de uitgesneden opening in de bumperafdekking.

• Steek de kabel voor het voorste contact van de motorblokverwarming met de massakabel uit de set door de beschermkap.

Afbeeldingen A en B

• Monteer de moer uit de set.

• Draai de aansluiting van het voorste contact van de motorverwarmer zo, dat het klepje naar achteren toe opent (afbeelding B).

• Sluit het elektrisch contact aan op het voorste contact van de motorverwarmer om mee tegen te houden wanneer dit wordt vastgezet.

• Zet het voorste contact van de motorverwarmer vast aan de bumperafdekking.

• Verwijder de dop van het expansiereservoir van het koelsysteem.

• Boor met een Ø4 mm (5/32") boortje een gat in de voorkant/onderkant van de langsligger.

• Behandel de gatranden tegen roest en zet de massakabel met de bijgevoegde Ø4,8 mm (3/16") kraagbout en de tandring vast.

  
  

  NB! Sluit de massakabel aan op de langsligger, niet op het subframe.

  
  

• Zet overtollige massakabel vast met een bandklem uit de set.

• Leid de kabel van de voorste inlaatopening naar de plaats van de koplamp.

Geldt voor auto's waarin een op brandstof aangedreven parkeerverwarming is gemonteerd

• Trek de kabel naar de voorste inlaatopening en de massakabel langs de inlaatleiding van de parkeerverwarming en klem ze bij de leiding vast met een dubbele bandklem.

• Trek de kabels naar de onderkant van de console onder de koplamp.

• Boor met een Ø4 mm (5/32") boortje een gat in de voorkant/bovenkant van de langsligger.

• Behandel de gatranden tegen roest en zet de massakabel met de bijgevoegde Ø4,8 mm (3/16") kraagbout en de tandring vast.

• Zet de overlengte van de massakabel met een bandklem uit de set vast en klem deze bij de grijze connectors van de parkeerverwarming.

Motorverwarmer monteren

Motorverwarmer monteren

• Verwijder de motordekplaat.

• Draai de nippel los en tap de koelvloeistof af.

• Zet de nippel weer vast nadat de koelvloeistof is afgetapt.

• Draai de vergrendeling op de koelvloeistofbuis naar het thermostaathuis linksom en trek de slang los.

• Maak de slangklem op de slang voor het thermostaathuis vóór de zuigbuis los en trek de slang los.

• Snijd de losgetrokken slang zoals getoond af. Snijd eerst een stuk van 52 mm (1 1/16") af.

• De kleine uitgesneden slangbocht wordt niet meer gebruikt.

• Koppel het langste slanggedeelte weer aan de aansluiting van het thermostaathuis en draai de slangklem vast. Zorg ervoor dat de uitsparing in het bovenste slanguiteinde in de desbetreffende tap op de buisaansluiting in het thermostaathuis valt.

• Neem het korte slanguiteinde en druk dit vast op de buis die naar het thermostaathuis loopt. Let erop dat de uitsparing in de aansluiting van de slang naar onderen is gericht en in de corresponderende tap in de aansluiting van de buis past.

• Draai de vergrendeling op de buis rechtsom totdat deze niet verder kan.

• Neem een slangklem uit de set en plaats deze op het slanguiteinde.

• Neem de verwarmer, console, met rubber beklede klem en schroef uit de set en zet deze conform de afbeelding in elkaar.

• Haal de schroef nog niet aan.

• Neem een slangklem uit de set en monteer deze op de bovenste aansluiting van de verwarmer.

• Plaats de elektrische verwarmer met console aan de voorkant van het carter en sluit de beide slanguiteinden aan op de aansluitingen van de elektrische verwarmer.

• Neem een schroef uit de set en zet de console met de verwarmer vast in het bestaande gat in het carter.

  
  

  NB! De schroef is schroefdraadsnijdend, dus het is mogelijk dat deze er langzaam in gaat. Let erop dat de schroef recht in het gat wordt gecentreerd, zodat de schroefkop vlak tegen de console ligt.

  
  

• Stel nu de verwarmer af in de met rubber beklede klem, zodat de slangen goed op de aansluitingen van de verwarmer zitten.

• Zet de schroef van de met rubber beklede klem vast.

• Zet de slangklemmen vast op de verwarmer.

• Neem vier dubbele bandklemmen uit de set en bevestig deze op de buizen en slangen van het thermostaathuis en de onderste slang van de radiateur.

• Zorg dat de kabel niet langs scherpe randen of bewegende delen in de motorruimte schuurt.

  
  

  Let op! Zet de kabel niet direct bij rem-, brandstof-, airco- of stuurbekrachtigingsleidingen vast.

  
  

• Druk een bandklem met klemmen vast in het gat aan de bovenkant van de linker console van de slipplaat.

• Neem de verlengkabel uit de set.

• Smeer de O-ring op het contact op de leiding van de voorste inlaatopening in met lagetemperatuurvet art.nr. 1161427.

  
  

  NB! Zorg ervoor dat er geen vet op de contactvlakken komt.

  
  

• Sluit de verlengkabel aan in de verwarmer en druk hem goed vast.

• Druk een borghuls uit de set over de kabelverbinding.

• Klem de verlengkabel van de verwarmer vast in de zojuist gemonteerde bandklemmen en trek deze omhoog naar de plaats van de koplamp. De kabel moet aan de buitenkant van de linker zijbalk omhoog worden getrokken.

Geldt bij gelijktijdige montage van interieurschakelaar

• Als de auto moet worden voorzien van een interieurschakelaar moet de verdeeldoos daarvoor nu worden aangebracht.

Sluit het volgende aan:

• aansluiting (1) op verdeeldoos op de kabel naar de voorste inlaatopening.

• aansluiting (2 en 3) in verdeeldoos op willekeurige kabels naar de motorverwarmer en de verdeeldoos.

Afbeelding A

Deze kabelverlenging moet worden bevestigd onder de onderste koplampconsole (afbeelding B).

• Sluit de kabel van de voorste inlaatopening (1) aan op de zojuist naar voren getrokken verlengkabel (2) van de elektrische verwarmer en druk de contacten goed in elkaar.

• Druk een borghuls uit de set over de verbinding vast.

• Haal de bandklemmen (3) uit de set en klem de kabel van de voorste inlaatopening vast in de gaten in de platen.

• Klem de verlengkabel met een bandklem (4) in het gat in de plaat.

Afbeelding B

• Haal een bandklem uit de set en klem de verlengkabel aan de onderkant van de onderste koplampconsole vast. Gebruik het achterste van de twee gaten in de console.

Afrondende werkzaamheden

Afrondende werkzaamheden

• Plaats de linker koplamp terug en sluit deze aan.

• Geldt voor auto's met op brandstof aangedreven verwarming: buig het linker binnenscherm terug en klink het vast.

• Vul de afgetapte koelvloeistof bij. Laat de motor warmdraaien, ontlucht het koelsysteem en let erop dat er geen lekkage optreedt.

• Voel het koelsysteem zonodig bij.

• Zet de motordekplaat terug en haal de bouten aan met 25 Nm (18,5 lbf.ft.).