• Zet de contactsleutel in stand 0.

  
  

  NB! Wacht minstens een minuut voordat u de connectors ontkoppelt of andere elektrische onderdelen verwijdert.

  
  

• Til de vloerbekleding uit de bagageruimte.

• Verwijder het drempelsierpaneel; trek dit eerst naar voren tot beide klemmen in de voorkant loslaten. Trek het paneel dan omhoog tot beide klemmen aan de bovenkant loslaten.

• Klap het linker ruggedeelte van de achterbank naar voren.

Verwijder:

• de drie clips aan de bovenkant van het zijpaneel

• de vier kunststof moeren aan de onderkant van het zijpaneel

• de connector van de bagageruimteverlichting.

• Til het zijpaneel naar buiten.

• Neem drie bouten en moeren uit de set en monteer het contact op de console.

• Verwijder het doorvoerrubber in de vloer en leg het opzij, dit wordt niet meer gebruikt.

• Steek de kabel met de connector in het gat in de reservewielkuip en monteer het doorvoerrubber.

  
  

  NB! Het doorvoerrubber moet zo worden gemonteerd, dat de kabel aan de binnenkant naar links wijst.

  
  

• Pas de lengte van de kabel vanaf het contact en naar het doorvoerrubber dusdanig aan dat de kabel niet te veel doorhangt onder de auto.

• Trek de bedrading volgens de aanwezige kabelboom in de auto.

• Pak de massabout uit de set en zet de massakabel in het achterpaneel aan het massapunt vast.

  Draai de bout aan, aanhaalmoment: 10 Nm (7.5 lbf.ft.).

• Sluit de groene connector op de aanhangereenheid (TRM) aan.

• Klem de kabelboom met twee bandklemmen uit de set vast aan de aanwezige kabelboom.

Geldt voor auto's met een Chassisnummer t.e.m. -122408

• Verwijder de relais- en zekeringhouder in de bagageruimte door eerst de borghaken met een kleine schroevendraaier aan de boven- en onderkant in te drukken en de zekeringhouder vervolgens naar buiten te trekken.

• Verwijder het deksel van module 1. De aansluiting van de kabel en het monteren van de zekering vindt plaats in de zekeringmodule 1, met een zwarte afdekking. Bij bepaalde auto’s ontbreken module 3 en 4, maar de aansluiting moet altijd worden gemaakt op de module met de zwarte afdekking.

• Sluit de oranje (OR) kabel aan op de achterkant van zekeringmodule 1, op zekeringpositie 9 in een vrij contactpunt.

• Neem de zekering van 15A uit de set en breng deze aan in positie 9 van de zekeringmodule 1.

• Plaats de relais- en zekeringhouders terug.

• Plaats het deksel terug.

Geldt voor auto's met een Chassisnummer vanaf 122409-

• Verwijder de relais- en zekeringhouder in de bagageruimte door eerst de borghaken met een kleine schroevendraaier aan de boven- en onderkant in te drukken en de zekeringhouder vervolgens naar buiten te trekken.

• Verwijder het deksel.

• Sluit de oranje (OR) kabel aan op de achterkant van de zekeringmodule, op zekeringpositie 4 in een vrij contactpunt.

• Neem de zekering van 15A uit de set en breng deze aan in positie 4 van de zekeringmodule.

• Plaats de relais- en zekeringhouders terug.

• Plaats het deksel terug.

Geldt voor alle modellen

• Controle van het 13-polige contact.

Positie - Functie

1. Linker richtingaanwijzer

2. Mistachterlicht

3. Massa-aansluiting

4. Rechter richtingaanwijzer

5. Achterlicht rechts

6. Remlichten

7. Achterlicht links

8. Achteruitrijlicht

9. Accuspanning, constant

10. Accuspanning, contact aan

11. Massa-aansluiting

12. Niet aangesloten

13. Massa-aansluiting

• Plaats de losgemaakte onderdelen in omgekeerde volgorde terug.