• Draai de contactsleutel in stand I om het stuurslot te deactiveren.

• Ontkoppel de minkabel van de accu.

• Draai het stuurwiel een kwartslag zodat u bij de gaten op de achterzijde van het stuurwiel kunt komen.

• Steek een schroevendraaier in het gat (1) aan de achterzijde van het stuurwiel, haaks op het achtervlak van het stuurwiel. Steek de schroevendraaier zo ver mogelijk naar binnen om de stand van het uiteinde van de veerklem (2) te bepalen.

• Plaats het uiteinde van de schroevendraaier boven op de veerklem (zie de afbeelding)

• Wrik de schroevendraaier omhoog in de richting van de bovenkant van het gat (1) totdat het uiteinde van de schroevendraaier de veerklem (2) omlaag drukt en één zijde van de stuurwieleenheid losspringt en loskomt uit de bevestiging.

• Draai het stuurwiel een halve slag in de tegengestelde richting. Voer dezelfde handeling uit aan de andere zijde

• Draai het stuurwiel naar de neutrale stand.

• Klap de stuurwieleenheid naar buiten.

• Verwijder de twee connectoren (1) voor de ontstekingskabels van de airbag. Druk de pallen op de zijkanten in. Trek vervolgens de connectoren naar buiten.

  
  

  NB! De connectors zitten stevig vast. We raden u echter af gereedschap te gebruiken bij het verwijderen.

  
  

• Leg de stuurwieleenheid opzij.

• Verwijder links het (loze) toetsenblok uit het stuurwiel door dit voorzichtig los te wrikken met een kunststof tochtstripgereedschap. Draai het tochtstripgereedschap om het (loze) toetsenblok naar buiten te drukken. Dit zit met drie taps stevig in het stuurwiel vast en dus is er kracht nodig om het te verwijderen.

• Maak de connector los en leg deze weg. De connector wordt niet opnieuw gebruikt.

• Neem een nieuw toetsenblok uit de set. Sluit de connector aan en duw het toetsenblok op het stuurwiel vast.

• Controleer of de twee veren (1) op hun plaats zitten.

• Controleer of de ontstekerkabels in de houder (2) zitten.

• Neem de stuurwieleenheid erbij en druk de twee connectoren van de ontstekingskabels voor de airbag vast.

• Steek de twee pennen aan de achterzijde van de stuurwieleenheid in de twee veren. Zorg ervoor dat de ontstekingskabels nergens klem zitten

• Duw de stuurwieleenheid in de bevestigingen vast. U moet twee duidelijke klikken horen.

Minkabel bevestigen na werkzaamheden aan SRS-onderdelen

• Monteer de minkabel volgens VIDA:

Reparatie

Reinigen, controleren en afstellen

3 Elektrisch systeem

31 Accu en montageonderdelen

311 Accu

Accu

Accu, loskoppelen

• Download software (toepassing) voor de juiste werking van het accessoire zoals beschreven in de service-informatie in VIDA.

  Raadpleeg VIDA of accessoirecatalogus voor artikelnummer van software.