Voorbereidingen, sensors

Voorbereidingen, sensors

• Maak de houders schoon. Gebruik: isopropanol.

• Laat drogen.

• Raak de gereinigde oppervlakken niet aan.

• Breng een dunne en gelijkmatige laag activator op het afgebeelde oppervlak aan. Minimaal 10 minuten laten drogen.

• Gebruik: 8637076 - Activator.

• Maak de sensoren schoon. Gebruik: isopropanol.

• Laat drogen.

• Maak het oppervlak voorzichtig mat. Gebruik: Schuurpapier, korrel P1000.

• Maak de sensoren opnieuw schoon. gebruik: isopropanol.

• Laat drogen.

• Raak de gereinigde oppervlakken niet aan.

• Pak vier stukken tape uit de set.

• Verwijder de bruine beschermende folie van de tape. Breng de tape aan de voorkant van de houder aan.

• Breng een dunne en gelijkmatige laag primer op het gereinigde kunststof oppervlak aan.

  
  

  Let op! Niet op het middelste gedeelte van de sensor.

  
  

• Gebruik: hechtprimer voor kunststof. Onderdeelnummer: 31335448.

  
  

  Tip spuit primer in het deksel van de bus en breng deze met een kwast aan.

  
  
  

  Let op! Vóór het lakken 10 minuten bij een temperatuur van minimaal +20°C laten drogen.

  
  

• Breng primer op het gereinigde oppervlak aan. Gebruik: hechtprimer voor kunststof. Onderdeelnummer: 31335448.

  
  

  Let op! Vóór het lakken 10 minuten bij een temperatuur van minimaal +20°C laten drogen.

  
  

• Lak de sensoren in dezelfde kleurcode als de auto.

• Gebruik Volvo Reparatielak. (Alleen de basislak gebruiken.)

• Gebruik Volvo 2-K Heldere lak. Onderdeelnummer: 31335447.

• Lak de houders in dezelfde kleurcode als de auto.

• Gebruik Volvo Reparatielak. (Alleen de basislak gebruiken.)

• Gebruik Volvo 2-K Heldere lak. Onderdeelnummer: 31335447.

Voorbereidingen, interieur

Voorbereidingen, interieur

• Zet het contactslot in stand 0.

• Verwijder het paneel.

• Maak de dorpellijst los door eerst aan de voorkant en daarna recht omhoog te trekken, zodat de clips loslaten.

• Maak de clip los waarmee de vloermat vastzit.

• Vouw de vloermat opzij om van binnenuit bij het schutbord te komen.

• Pak de bovenste rand van het rechter zitkussen vast. Trek het zijkussen naar voren zodat de clip aan de achterkant loslaat.

• Schuif het zijkussen omhoog. Verwijder het zijkussen.

Dit geldt voor auto’s met het stuur rechts

• Verwijder het zijkussen aan beide kanten.

• Trek de bovenkant van het drempelsierpaneel in het rechter achterportier naar binnen totdat de clips op de binnenkant loslaten. Ga verder omlaag en trek het paneel omhoog totdat de resterende twee clips op de onderkant loslaten.

• Trek de rubberen lijsten bij de achterkant van het rechter voorportier en bij de voorkant van het rechter achterportier los. Hierdoor komt het onderste paneel op de B-stijl los.

• Trek aan de onderkant van het onderste paneel op de B-stijl totdat de twee onderste clips loslaten.

• Klap de zitkussens en rugleuning van de achterbank naar voren.

Voorbereidingen, bagageruimte

Voorbereidingen, bagageruimte

Geldt voor de V50

• Verwijder de vloerbekleding uit de bagageruimte.

• Verwijder de schroef.

• Trek de afdekking omhoog zodat de vier clips aan de binnenkant loslaten en verwijder de afdekking.

• Klap de lastogen uit.

• Neem een kraspen met een gehoekte punt erbij en steek deze in de openingen boven in de afdekkingen (1). Draai de kraspen dusdanig dat de punt op de achterkant van de afdekkingen aangrijpt. Trek de afdekkingen los.

• Verwijder de schroeven in de lastogen.

• Verwijder de schroef (2).

• Trek het zijpaneel aan de bovenkant los, zodat de twee clips achter aan de onderkant van het zijraam en de clip aan de onderkant van de D-stijl loskomen.

• Ontkoppel de connector voor het 12V-contact, als dit er is.

• Til het zijpaneel naar buiten.

Geldt voor de S40

• Til de vloerbekleding uit de bagageruimte.

• Schroef de twee externe clips vóór aan de onderkant van het drempelsierpaneel op het kofferdeksel los.

• Gebruik een vouwbeen en wrik de ene hoek van het drempelsierpaneel omhoog, zodat de twee clips aan het andere uiteinde loslaten.

• Trek het drempelsierpaneel aan het andere uiteinde omhoog zodat de resterende twee clips loskomen. Verwijder het drempelsierpaneel.

Afbeelding A

Afbeelding B

• Verwijder de vier clips (1), op afbeelding A, waarmee het zijpaneel aan de carrosserie vastzit.

• Haak de voorkant van de hoedenplank los bij de bevestiging (2), in afbeelding A. Trek het zijpaneel weg van de hoedenplank en het paneel op de C-stijl.

• Haak het zijpaneel los uit de bevestiging (3), in afbeelding B, aan de onderzijde van de hoedenplank.

• Ontkoppel de connector voor het 12V-contact, als dit er is.

• Verwijder het zijpaneel door dit uit de lastogen (4) te haken (zie afbeelding A).

Voorbereidingen bumperafdekking

Voorbereidingen bumperafdekking

Geldt voor alle modellen

• Verwijder de vier schroeven waarmee de luchtgeleidingsplaat aan de onderkant van de bumperafdekking vastzit.

Verwijder:

• de clips (1) door het midden van de clips in te drukken en vervolgens omhoog te trekken

• de twee schroeven (2).

• Verwijder de dekplaat van de sproeikop.

  
  

  Tip Neem de dekplaat voorzichtig vast en trek hem eruit totdat u van onderaf bij de borghaak kunt.

  
  

  Druk de borghaak omhoog en verwijder de dekplaat. Wees voorzichtig met de gelakte oppervlakken en sproeikoppen.

• Lokaliseer de vier markeringen aan de binnenkant van de bumperafdekking. Maak met een kraspen een markering in het midden.

• Boor in de markeringen. Gebruik een boorkop met een diameter van Ø3 mm (1/8"). Boor vanaf de binnenkant van de bumperbekleding.

• Boor de gaten uit met een boor van Ø8 mm (5/16”).

• Open de gaten in de bumperafdekking met ponsgereedschap (O/N 9814069). Bus en bout van het ponsgereedschap moeten aan de binnenkant van de afdekking worden gehouden.

• Snijd de binnenkant voorzichtig weg of braam deze evt. af.

• Reinig het oppervlak rond de gaten. Gebruik: isopropanol.

• Laat drogen.

• Breng een dunne en gelijkmatige laag activator aan op een oppervlak rond de gaten, dat een beetje groter is dan een sensorhouder. Minimaal 10 minuten laten drogen.

• Gebruik: 8637076 - Activator.

• Lokaliseer de twee markeringen op de kunststof balk (energiedemper). Zaag met een stootzaag volgens de twee markeringen uit, alleen het buitenste gedeelte.

• Maak de balk van schuim los van de aanrijdingsbalk.

• Maak een uitsparing voor de binnenste sensors door volgens de twee markeringen uit te zagen. Doe dit door de hele dikte van de balk van schuim.

• Plaats de balk van schuim terug.

• Maak bij de twee uitsparingen een uitsnijding voor de kabelboom in de schuimbalk. De uitsnijding moet 25 mm (1") breed en 15 mm (9/16") diep zijn.

Sensorhouders, sensors en kabelboom bevestigen

Sensorhouders, sensors en kabelboom bevestigen

• Plaats de sensorhouders met het smalle deel van de flens naar boven. De bovenkanten van de sensorhouders moeten gelijk liggen aan de bumper.

• Druk de flens van elke sensorhouder aan, zodat de tape hecht.

• Pak de kabelboom uit de set en sluit de connectors op de sensors aan.

  Plaats de sensor met rechte aansluiting helemaal links.

• Er is een klik hoorbaar bij het aansluiten. Dit geluid geeft aan dat de pal vergrendeld is.

• Bevestig de vier sensors zodat ze vasthaken.

• Breng activeringsmiddel (O/N 8637076) aan en hecht butyltape op de gemarkeerde plaatsen.

• Zet eerst de kabelboom bij de twee middelste sensors vast met de butyltape.

• Zet de rest van de kabelboom met de butyltape vast en begin aan de linkerkant.

Dit geldt voor auto’s met het stuur rechts

• Zet de rest van de kabelboom met de butyltape vast en begin aan de rechterkant.

Kabel leggen

• Neem de korte kabel uit de set.

• Trek het uiteinde met de losse aansluitpennen naar binnen onder de koplamp.

• Blijf de kabel (1) verder langs de rechterkant van de auto trekken, onder het expansievat omlaag naar het schutbord

• Leid de kabel zodanig dat deze niet te zien is en niet beschadigd of versleten kan raken. Zet de kabel zodanig vast dat deze niet beweegt.

• Werk met een schroevendraaier de rubberen plaat los die het gat in het schutbord afdekt.

• Zoek het gat voor de rubberen doorvoer. Maak een kleine insnijding in het isolatiepaneel, begin net boven het gat. Ga verder naar het midden van het gat en daarna recht omlaag.

• Klap de lipjes van de vloerbekleding opzij om toegang te krijgen tot het gat in het schutbord.

• Prik gaten door de warmte-isolatie tot in het motorcompartiment om aan te duiden waar de gaten in het isolatiepaneel moeten komen.

• Snijd een gat in de warmte-isolatie dat ongeveer 20 mm groter is dan de rubberen doorvoer.

Geldt voor auto's met standverwarming op brandstof:

• Neem de rubberen doorvoer uit de set en snijd de bovenkant van de kleinere rubberen nippels eraf.

• Smeer de rubberen doorvoer met laagtemperatuurvet (O/N 1161417).

• Leid de kabel door het gat in de rubberen doorvoertule. Bevestig de rubberen doorvoertule in het gat.

Dit is van toepassing op auto's met verwarming in het passagierscompartiment, waarbij een aanwezige rubberen doorvoertule wordt gebruikt

• Snijd de bovenkant van een van de kleinere rubberen nippels af.

• Leid de kabel door het gat in de rubberen doorvoer.

• Trek de kabel naar buiten door de rubberen doorvoer.

• Pak de connector uit de set.

• Neem de vergrendeling los.

• Bevestig de kabeluiteindepennen in de connector.

1. Blauw (Blue, BL)

2. Groen (Green, GN)

3. Violet (Violet, VO)

4. Geel (Yellow, Y)

5. Wit (White, W)

6. Zwart (Black, SB)

• Druk de vergrendeling van de connector terug.

• Pak de lange kabel uit de set. Sluit deze aan op de connector uit het vorige punt.

• Trek de kabel aan de binnenkant van de vloermat en verder naar achteren.

Dit geldt voor auto’s met het stuur rechts

• Klap de rugleuning van de achterbank tijdelijk terug.

• Trek de kabel aan de binnenkant van de vloermatten en het onderste B-stijlpaneel naar de rechterkant.

• Trek de kabel aan de binnenkant van de vloermatten en het onderste B-stijlpaneel verder naar de achterkant van de wielkast rechtsachter. Trek de kabels langs de aanwezige kabelbomen in de bagageruimte.

• Sluit de getrokken kabel op de middelste aansluiting op de parkeerhulpeenheid (PAM) aan. Deze is aan de rechterkant in de bagageruimte achter de wielkast bevestigd.

• Houd de bumper omhoog tegen de auto en sluit de connector van de sensorkabel aan op de connector die aan de auto bevestigd is.

• Zet de gemonteerde connector vast op de balk (1). Gebruik een kabelstrop op elke kant van de connector.

• Leid de bumperafdekking in de geleiders

• Schuif de bumpermantel op de juiste plaats.

• Plaats de bumperafdekking terug door de punten voor verwijderen in omgekeerde volgorde te herhalen.

Afrondende werkzaamheden

Afrondende werkzaamheden

• Klem de sensorkabel zo vast dat deze niet schaaft of bijgeluiden veroorzaakt.

Plaats het volgende terug:

• het paneel aan het uiteinde van het dashboard.

• het B-stijlpaneel en de afdichtlijsten

• de dorpelpanelen

• het zijkussen

• de zijpanelen in de bagageruimte,

• de schroeven in de lastogen, aanhaalmoment: 24 Nm (18 lbf.ft.) (geldt voor de V50)

• het drempelsierpaneel voor de achterklep

• de bekledingsmat in de kofferbak

• Download software voor de juiste werking van het accessoire zoals beschreven in de service-informatie in VIDA.