Voorbereidingen

Voorbereidingen

• Plaats de linker voorstoel in de achterste stand.

• Zet de contactsleutel in stand 0.

• Ontkoppel de minkabel van de accu.

• Verwijder de gevarendriehoek van het paneel van de bagageklep.

• Verwijder de binnenhandgreep van de bagageklep door deze eerst omhoog te schuiven en vervolgens aan de onderkant los te wrikken met een vouwbeen.

  
  

  NB! De binnenhandgreep wordt niet meer gebruikt. Er zit een nieuwe handgreep in de set.

  
  

• Trek de middenpen uit de clips van de houder voor de gevarendriehoek en maak ze los.

• Verwijder de clips uit het paneel van de bagageklep en verwijder het paneel.

• Vouw de mat van de bagageruimte (1, 2) in elkaar en verwijder deze.

• Maak de rubberen afdekstrips in de opening voor de bagageklep los.

• Verwijder het drempelsierpaneel van de bagageklep. Deze zit vast met twee clips aan de voorkant (1) en twee aan de bovenkant (2).

• Verwijder het zitkussen (1) door het aan de voorkant omhoog te trekken. Trek het kussen naar voren en til het naar buiten.

• Maak de twee connectoren van de stoelverwarming los aan de onderkant van het zitkussen.

• Klap het ruggedeelte naar voren.

• Neem de veiligheidsgordel uit zijn geleider (1) op het zijkussen.

• Breng uw hand vanaf de zijkant van het bovenste deel van het zijkussen naar binnen. Druk de vergrendelingen goed in en trek aan de bovenkant van het kussen, zodat de twee vergrendelingen aan de andere kant loslaten. Til het kussen uit de bevestiging aan de onderkant.

• Verwijder de drie clips aan de bovenkant van het zijpaneel en de vier kunststof moeren aan de onderkant.

• Verwijder de connector van de bagageruimteverlichting.

• Til het zijpaneel naar buiten.

• Herhaal dit voor de andere kant.

• Meet een afstand uit van 30 mm (1 3/16") vanaf de achterkant van het achterscherm en zet een korte lijn evenwijdig aan de achterkant. Gebruik een stuk tape om de markeringen op te zetten.

• Meet 30 mm (1 3/16") uit vanaf de achterkant van de houder van de gascilinder en geef dit aan op de eerder getrokken lijn. Markeer het middelpunt van het te boren gat op de plaats waar de lijnen elkaar raken.

• Boor het gat voor met een Ø3 mm (1/8") boortje.

  
  

  NB! Gebruik een boorstop van 5 mm (3/16").

  
  

• Boor het gat uit tot Ø 8 mm (5/16") en vervolgens tot Ø 12 mm (15/32") om de trekschroef voor het gatengereedschap erdoor te krijgen.

  
  

  NB! Zorg dat u de omringende lak niet beschadigt.

  
  

• Verwijder eventueel boorslijpsel.

• Gebruik een gatenboor, O/N 9997241 (Ø28,6 mm (1 1/8")), om het gat aan te brengen.

• Braam de randen van het gat af.

• Verwijder eventueel boorslijpsel.

• Breng primer O/N 9437350 aan rond de randen van het gat en laat dit drogen.

• Meet het gat uit voor de rubberen doorvoer in de hoek rechtsvoor van de bagageklep volgens de tekening en markeer het middelpunt.

• Boor het gat voor met een Ø3 mm (1/8") boortje.

  
  

  NB! Gebruik een boorstop van 5 mm (3/16").

  
  

• Ruim het gat tot Ø8 mm (5/16") en vervolgens tot Ø12 mm (15/32"), zodat de trekbout voor de gatenboor erdoorheen kan.

  
  

  NB! Zorg dat u de omringende lak niet beschadigt.

  
  

• Verwijder eventueel boorslijpsel.

• Gebruik een gatenboor, O/N 9997241 (Ø28.6 mm (1 1/8")), om het gat aan te brengen.

• Braam de randen van het gat af.

• Verwijder eventueel boorslijpsel.

• Breng primer O/N 9437350 aan rond de randen van het gat en laat dit drogen.

• Maak de connector voor de kentekenplaatverlichting los.

• Verwijder de sierlijst van de bagageklep door deze voorzichtig van de bagageklep en het paneel van de kentekenplaatverlichting los te wrikken. Deze zit stevig vast en kan eventueel kapot gaan. In de set zit een nieuwe lijst.

• Verwijder eventuele taperesten van de bagageklep door de plaat te verwarmen met een hittepistool. Niet verwarmen tot temperaturen boven 80 °C.

• Verwijder de vier schroeven van het paneel van de kentekenplaatverlichting en verwijder het.

• Verwijder de delen van de sierlijst als deze kapot is gegaan.

• Verwijder het linker koppaneel van het dashboard door het eerst voorzichtig los te draaien (1) met een vouwbeen totdat de twee bevestigingshaken loslaten en het vervolgens naar achteren te trekken (2).

• Verwijder het achterste drempelsierpaneel van het linker voorportier door eerst voorzichtig de clip in het midden en de clip helemaal achteraan los te wrikken.

• Vouw het paneel omhoog totdat u het er aan de achterkant uit kunt haken.

• Trek de clip aan de voorkant los, zodat zowel het voorste als het achterste paneel loslaten. Draai het achterste drempelsierpaneel 90° richting het voorste en haak het eruit.

• Verwijder de rubberen lijst aan de voorkant van de portieropening.

• Verwijder het voorste drempelsierpaneel van het linker voorportier door dit aan de voorkant op te tillen, naar achteren te trekken tot de clip in het midden loslaat en vervolgens schuin omlaag los te trekken van het A-stijlpaneel.

• Verwijder het drempelsierpaneel in de portieropening van het linker achterportier door het voorzichtig omhoog te trekken totdat de vier clips loslaten.

De punten 23-24 gelden alleen voor linksgestuurde auto's

Afbeelding A

• Maak het paneel voor de stuurkap los door het naar achteren te trekken.

Afbeelding B

• Maak het paneel met de rubberen afdichting van de stuurkap los. Dit paneel zit met acht clips vast.

• Verwijder de vier schroeven van het combi-instrument. Steek een vouwbeen tussen de bovenkant van het instrument en het dashboard, zodat de rand vrij komt te liggen, en trek het instrument eruit.

• Maak de connector aan de achterkant los en leg het instrument weg.

Geldt voor alle modellen

Afbeelding A

• Steek gereedschap O/N 9512943 tot de aanslag in de naad tussen de luidsprekergrille en het dashboard, ongeveer zoals afgebeeld.

  
  

  NB! Er zit weinig ruimte tussen de grille en het dashboard en de lak op de grille raakt makkelijk beschadigd. Gebruik daarom om de lak te beschermen een papiertje of een dun stuk plastic en stop dit in de naad tussen de grille en het gereedschap voordat u het gereedschap aanbrengt.

  
  

• Draai het gereedschap 90° zodat de haak de onderzijde van de luidsprekergrille grijpt.

Afbeelding B

• Trek omhoog totdat de luidsprekergrille loskomt. De luidsprekergrille zit stevig vast met zes clips. Beweeg het gereedschap eventueel dichter naar de clips om het verwijderen te vereenvoudigen.

  
  

  NB! Zorg ervoor dat u het dashboard en de grille niet beschadigt.

  
  

• Verwijder de zes schroeven in de console voor het beeldscherm en trek deze omhoog.

• Verwijder de connectoren en leg de eenheid weg.

Monteren, parkeercamera

Monteren, parkeercamera

• Boor/zaag een opening voor de camera in het paneel van de kentekenplaatverlichting. Volg bij het verwijderen de bestaande markeringen op de binnenkant van het paneel (zie afbeelding).

• Werk de randen voorzichtig af met een fijne vijl.

  
  

  NB! Wees voorzichtig met het paneel, zodat het niet beschadigd raakt en er geen krassen komen in het oppervlak waarop de camera vastgeschroefd moet worden. De afdichting zou hierdoor slechter worden.

  
  

• Boor de gaten uit in de omhoog stekende pennen met een Ø2,5 mm (3/32") boor.

• Verwijder eventueel slijpsel.

• Pak twee schroeven en de camera met afdichting uit de set.

• Draai de schroeven volledig in de gaten van de camera, zodat deze vrij ronddraaien.

• Breng de camera omlaag in het gat en schroef deze vast door de schroeven beurtelings vast te draaien, zodat de camera parallel tegen het paneel wordt getrokken.

Afbeelding A

• Pak de kabelboom met de twee rubberen doorvoeren uit de set. De rubberen doorvoer (1) met het kortere kabeleinde moet door de bagageklep.

• Haak de kabelhouder op de onderkant van het binnenste scharnierdeel.

Afbeelding B

• Plaats de kabelhouder zo, dat de stop in de bovenste rand in de uitsparing van het scharnier komt.

• Druk de kabelhouder op zijn plaats, zodat het bovenste gedeelte in de bovenkant van het scharnier haakt.

• Leid het langste kabeleinde in het gat in het achterscherm en druk de rubberen doorvoer goed vast. Zorg ervoor dat u de primer rond de randen van het gat er niet af schaaft.

  
  

  NB! Wees voorzichtig met de roestwerende randen van het gat, zodat u de roestbescherming niet beschadigt.

  
  

• Leid een spiraaldraad in het rechter gat in de bagageklep waar het paneel van de kentekenplaatverlichting zat en trek dit door het aangebrachte gat in de bagageklep.

• Wikkel de connector van de kortere kabel met tape vast aan de getrokken draad.

• Trek de kabel door de bagageklep en trek deze via het gat eruit.

• Maak de kabel los van de spiraaldraad.

• Druk de rubberen doorvoer goed vast in de bagageklep.

  
  

  NB! Wees voorzichtig met de roestwerende randen van het gat, zodat u de roestbescherming niet beschadigt.

  
  

• Haal de kabel met de randclip uit het ovale gat in de bagageklep en druk de clip vast op de rand van het gat.

  
  

  NB! Controleer of de kabel niet te strak staat tussen de bagageklep en het scherm als de bagageklep helemaal open staat. Stel indien nodig de kabellengte af in de rubberen doorvoeren.

  
  

• Trek de kabel omlaag van de rubberen doorvoer in het achterscherm langs de bestaande kabelboom naar het linker achterlicht.

• Klem de kabel vast met kabelstroppen uit de set (zie afbeelding).

• Pak het paneel voor de kentekenplaatverlichting, waarop de camera is aangebracht.

• Sluit de connector aan op de getrokken kabelboom voor de achteruitrijcamera.

• Voer de kabel naar de kentekenplaatverlichting door het gat in de bagageklep.

• Plaats het paneel terug en zet het vast. Zorg ervoor dat de kabels naar de kentekenplaatverlichting niet bekneld raken.

• Gebruik isopropanol en reinig het gemarkeerde oppervlak op de achterklep waar de tape van de chromen lijst moet hechten. Veeg droog.

• Pak de nieuwe sierlijst uit de set. Verwijder de beschermende folie van de bevestigingstape.

• Breng de clips van de sierlijst in in de bijbehorende gaten in het paneel. Zorg ervoor dat de paspennen van de lijst in het bijbehorende gat in de bagageklep passen.

• Druk de lijst over de gehele lengte goed vast op de bagageklep en het paneel, zodat de tape goed hecht.

• Sluit de connector van de kentekenplaatverlichting aan aan de binnenkant van de bagageklep.

• Plaats het paneel terug aan de binnenkant van de bagageklep.

• Plaats de houder voor de gevarendriehoek terug en druk de middenpennen van de clips in.

• Pak de nieuwe binnenhandgreep uit de set en druk deze in de achterklep vast.

• Plaats de houder voor de waarschuwingsdriehoek en de waarschuwingsdriehoek op de achterklep terug.

Monteren, parkeerhulpcamera (PAC)

Monteren, parkeerhulpcamera (PAC)

• Pak de regeleenheid uit de set.

• Reinig de twee glanzende oppervlakken op de regeleenheid met isopropanol.

• Veeg droog.

• Pak twee stukken klittenband uit de set en knip ze in het midden door, zodat het vier even lange delen worden.

De punten 47-53 gelden voor een auto zonder TRM-eenheid

• Druk de stukken klittenband twee aan twee op elkaar.

• Verwijder de beschermende folie van de ene kant van de twee op elkaar gedrukte stukken klittenband.

• Druk de stukken klittenband vast op de gereinigde oppervlakken van de regeleenheid.

• Reinig het oppervlak onder het linker achterlicht met isopropanol. Veeg droog.

Afbeelding A

• Sluit de connector (1) van de eerder getrokken kabelboom aan op het rechter contact van de regeleenheid.

• Pak adapterkabel A/B uit de set en sluit de grote groene connector op de aansluiting op de regeleenheid aan (zie afbeelding).

• Sluit de connector (2) op de getrokken, met tape bevestigde, kabelboom voor de voeding onder het linker achterlicht aan op het bijbehorende contact op de adapterkabel.

• Pak de lange, overgebleven kabelboom uit de set en sluit het uiteinde met de grijze connector (3) aan op het contact in het midden van de regeleenheid.

• Zet de resterende connector van de adapterkabel vast met de kabelstrop uit de set.

Afbeelding B toont adapterkabel A

Afbeelding C toont adapterkabel B

• Verwijder de beschermende folie van de aangebrachte stukken klittenband.

• Druk de regeleenheid zo hoog mogelijk op het vlakke oppervlak onder het achterlicht goed vast volgens de afmetingen die de afbeelding aangeeft.

De punten 54-69 gelden voor een auto met TRM-eenheid

• Verwijder de twee connectoren van de bovenkant van de TRM-eenheid.

• Verwijder de TRM-eenheid van de stukken klittenband op de plaat onder het achterlicht en leg deze weg.

• Laat de oude stukken klittenband op de carrosserie zitten.

• Verwijder de beschermende folie van de stukken klittenband.

• Druk de stukken klittenband op de gereinigde oppervlakken op de parkeerhulpcamera (PAC) vast.

Afbeelding A toont adapterkabel A

Afbeelding B toont adapterkabel B

• Sluit de connector van de eerder getrokken kabelboom aan op het rechter contact van de regeleenheid (1).

• Pak adapterkabel A/B uit de set en sluit de grote groene connector op de aansluiting op de regeleenheid aan (zie afbeelding).

• Sluit de connector (2) van de voorgetrokken kabelboom voor de voeding aan op het bijbehorende contact op de adapterkabel.

• Pak de lange, overgebleven kabelboom uit de set en sluit het uiteinde met de grijze connector (3) aan op het contact in het midden van de regeleenheid.

• Druk de regeleenheid goed vast op de aanwezige stukken klittenband onder het achterlicht.

• Reinig het gemarkeerde oppervlak op de regeleenheid met isopropanol. Veeg droog.

• Verwijder het gemarkeerde stuk klittenband van de TRM-eenheid.

• Pak twee stukken klittenband uit de set en knip ze in het midden door, zodat het vier even lange delen worden.

• Reinig het gemarkeerde oppervlak op de TRM-eenheid met isopropanol. Veeg droog.

• Verwijder de beschermende folie van een van de stukken klittenband.

• Druk het stuk klittenband van de TRM-eenheid vast op het andere (zie afbeelding).

• Druk de twee stukken klittenband vast op de twee aanwezige stukken klittenband van de TRM-eenheid.

• Verwijder de beschermende folie van de stukken klittenband.

• Druk de TRM-eenheid goed vast op de regeleenheid (zie afbeelding).

• Sluit de resterende groene connector (1) van de adapterkabel voor de voeding aan op de bijbehorende aansluiting op de TRM-eenheid.

• Sluit de resterende grijze connector (2) aan die van de TRM-eenheid is verwijderd.

De punten 70-71 gelden alleen voor een auto met adapterkabel B voor voeding

• Trek de lange massakabel in de adapterkabel naar de rechterkant van het achterstuk.

• Sluit de kabel op de onderste massaschroef aan en haal de schroef aan met 10 Nm (7,5 lbf.ft.)

• Reinig het achterstuk met isopropanol op de plek waar de massakabel met tape moet worden bevestigd. Veeg droog.

• Zet de kabel met een breed stuk zilvertape/textieltape o.i.d. vast.

  
  

  NB! De massakabel mag alleen met tape aan het achterstuk worden vastgemaakt en mag niet aan de grote kabelboom worden vastgezet.

  
  

Geldt voor alle modellen

Afbeelding A

• Trek de eerder aangesloten kabelboom binnen de isolatiemat bij de wielkast linksachter en naar buiten door het gat in de carrosserie.

• Pak een kabelstrop uit de set en klem de kabel aan de kabelboom van de zekeringhouder vast.

Afbeelding B

• Trek het B-stijlpaneel er aan de onderkant uit totdat de twee clips loslaten.

• Trek de kabelboom binnen het B-stijlpaneel en naar voren toe in de auto. Trek de kabelboom langs de linkerkant, binnen de vloer- en isolatiematten, tot aan de voorkant van de portieropening.

Afbeelding C

• Trek de kabelboom binnen de vloer- en isolatiematten, een stukje omhoog op de A-stijl en vervolgens schuin omhoog, naar binnen door het onderste gat achter het koppaneel naar de plaats van het combi-instrument. Trek de kabelboom naar de plaats van het beeldscherm op het dashboard.

• Plaats de kabelboom zo, dat deze niet in contact komt met scherpe randen of bewegende delen onder het instrumentenpaneel.

Dit geldt voor auto’s met het stuur rechts

• Pak een spiraaldraad en leid deze bij de luchtkanalen naar binnen door het gat voor het beeldscherm. Trek deze naar links boven het dashboardkastje en naar buiten door de linker zijkant van het dashboard.

• Zet de connector van de kabel naar het beeldscherm met tape vast aan de spiraaldraad.

• Trek de kabel omhoog naar de plaats van het beeldscherm en naar buiten door het gat in het dashboard.

Afbeelding A

Geldt voor alle modellen

• Voorzie de kabel van bijv. schuim- of isolatietape op de plek waar deze tegen de rand schuurt om deze te beschermen tegen schaven.

• Pak een kabelstrop uit de set en klem de kabel vast in het gat aan de zijkant volgens de afbeelding.

Afbeelding B

Dit geldt voor auto’s met het stuur links

• Pak twee kabelstroppen uit de set en klem de leiding volgens de afbeelding vast aan aanwezige kabelstroppen binnen het instrument.

Geldt voor alle modellen

• Pak beeldscherm en console.

• Sluit de connector (1) van de getrokken kabel aan op de linker aansluiting van het beeldscherm.

• Plaats de connector (2) van de aanwezige kabel terug in de rechter aansluiting op het beeldscherm.

• Plaats de console met het beeldscherm terug en zet deze met de zes schroeven vast.

• Plaats de luidsprekergrille terug.

Afrondende werkzaamheden

Afrondende werkzaamheden

De punten 77-78 gelden voor linksgestuurde auto's

• Sluit het instrumentenpaneel aan en plaats het terug.

Afbeelding A

• Zet het paneel terug met de rubberen afdichting van de stuurkap en druk de acht clips vast.

Afbeelding B

• Druk het paneel vóór de stuurkap vast.

Geldt voor alle modellen

• Plaats het onderste deel van het B-stijlpaneel terug.

• Plaats het onderste paneel van de A-stijl terug.

• Plaats de rubberen afdekstrip in de portieropening terug.

• Plaats het drempelsierpaneel van het voorportier terug.

• Plaats het zijpaneel van het dashboard terug.

• Sluit de connector van de bagageruimteverlichting aan.

• Plaats het zijpaneel in de bagageruimte terug.

• Plaats de vier kunststof moeren in de onderkant en de drie clips in de bovenkant terug.

• Herhaal dit voor de andere kant.

• Plaats het drempelsierpaneel terug in de portieropening van het linker achterportier.

• Plaats het zijkussen terug door het eerst in de onderste bevestiging vast te haken en het vervolgens aan de bovenkant erin te drukken totdat het goed vergrendelt.

• Steek de veiligheidsgordel in de geleider op het zijkussen.

• Klap het ruggedeelte omhoog.

• Sluit de connectoren aan beide kanten aan op de stoelverwarming aan de onderkant.

• Druk het zitkussen vast.

• Plaats het drempelsierpaneel terug in de bagageruimte door het eerst in de clips aan de bovenkant (1) en vervolgens in de clips aan de binnenkant (2) vast te drukken.

• Plaats de rubberen afdekstrip in de opening van de bagageruimte terug.

• Bevestig de vloerbekleding in de bagageruimte.

• Sluit de minkabel van de accu opnieuw aan.

• Zet de contactsleutel in stand II.

• Download de software (applicatie) voor de werking van het accessoire volgens de service-informatie in VIDA. Zie VIDA of de accessoirescatalogus voor het artikelnummer van de software.

Voer de functietest zoals hieronder uit.

• Schakel in de achteruitversnelling.

• Activeer het scherm voor RTI.

• Wacht totdat de melding "Update Environment" op het scherm verschijnt.

• Volg de instructies op het scherm.

• Schakel het contact minimaal 10 seconden uit.

• Schakel het contact in.

• Activeer het scherm voor RTI.

• Controleer of de ondersteuningslijnen op het scherm verschijnen en of deze op stuurbewegingen reageren.

Geldt voor auto’s met chassisnummer 0-47999

Download de software van de dvd (moet apart worden gekocht):

1. Sluit de acculader aan als de accuspanning lager is dan 12 V.

2. Schakel het contact in (lange druk op de startknop).

3. Start NAVI.

4. Plaats de schijf in de dvd-speler van het navigatiesysteem. De installatie start nu.

5. Druk op ENTER bij de vraag:

"New SW found

current SW: v0855

new SW: v0856

continue"

6. Het downloaden duurt ongeveer 10 minuten en wordt met het volgende bericht afgesloten.

   "The disc in the DVD player can not be read. Please check the disc. If this happens again please have the system inspected at your nearest workshop."

7. Plaats de schijf met kaartinformatie weer terug.

8. Controleer of het downloaden is gelukt.

Druk op BACK

Kies "Instellingen"

Kies "Systeemoptie"

Kies "Over"

De SW-versie moet 0856 of later zijn.