Voorbereidingen

Voorbereidingen

• Zet de linker voorstoel helemaal naar achteren.

• Draai de contactsleutel in stand 0

• Verwijder de sleutel uit het contactslot (geldt niet voor auto's met automatische versnellingsbak)

• Ontkoppel de minkabel van de accu.

Afbeelding A

• Verwijder de luidsprekergrille als volgt: Steek gereedschap O/N 999-5919-46 in de verbinding tussen de luidsprekergrille en het dashboard zoals afgebeeld, totdat het aangrijpt

• Draai het gereedschap 90° zodat het kromme gedeelte aangrijpt in de onderzijde van de luidsprekergrille.

Afbeelding B

• Trek omhoog tot de luidsprekergrille loskomt. De luidsprekergrille is stevig vastgezet met vier clips. Beweeg het gereedschap dichter naar de clip om het verwijderen te vereenvoudigen.

  
  

  NB! Zorg dat u het dashboard niet beschadigt.

  
  

• Verwijder de schroeven (1). Verwijder de beugel (2).

Geldt voor auto's met een middelste luidspreker

• Verwijder de 4 x schroeven in de luidspreker (1)

• Til de luidspreker op. Ontkoppel de connector (2)

• Leg de luidspreker opzij.

• Werk de achterste rand van de afdekking van de versnellingshendel samen met de balg los totdat de twee clips loskomen. Gebruik kunststof tochtstripgereedschap. Verwijder de afdekking van de versnellingshendel en de balg. Trek het paneel omhoog totdat de vier clips aan de zijkanten loskomen.

• Trek de handrem aan. Zet het schakelmechanisme naar achteren

• Draai het paneel naar links zodat u er gemakkelijker bij kunt

• Verwijder de twee schroeven waarmee de beugel met de radio en het klimaatregelingspaneel in de middenconsole vastzit.

• Verwijder de beugel met het klimaatregelingspaneel uit de middenconsole: Trek de onderrand naar buiten en omlaag totdat deze loskomt uit de bevestiging bij de bovenrand. Klap deze vervolgens naar achteren.

  
  

  NB! Zorg dat u de verwijderen onderdelen en omliggende panelen niet beschadigt.

  
  

  Verwijder indien nodig het paneel rond de versnellingshendel zodat er meer ruimte is. Het paneel is met vier pallen op de onderzijde bij de balg vastgezet

• Ontkoppel de connectors uit de radio en het klimaatregelingspaneel in het dashboard. Ontkoppel ook de connector van het toetsenblok van de telefoon indien van toepassing. Leg de eenheid opzij.

Verwijder:

• het linker zijpaneel (1) uit de middenconsole. Draai eerst de schroefklem. Trek het paneel naar buiten en naar achteren

• het drempelsierpaneel (2) bij het linker voorportier

• de afdekkingen (3) en de schroeven (4). Nieuwe schroeven bevinden zich in de set.

• Kantel de linker voorstoel naar achteren

• Duw de vloerbekleding naar een kant zodat de luchtkanalen (1) blootliggen.

• Verwijder het zitkussen van de achterbank (1). Trek eerst de voorste rand van het zitkussen omhoog. Trek het kussen naar voren. Til vervolgens het zitkussen naar buiten.

• Verwijder het drempelsierpaneel bij het linker achterportier.

• Klap beide rugleuningen van de achterbank naar voren

• Verwijder de veiligheidsgordels uit de geleiders (1).

• Verwijder de clip (1) aan de zijkant van het zijkussen links

• Trek de bovenste rand van het linker voorpaneel in de bagageruimte naar buiten om bij de bovenste vergrendeling voor het zijkussen te komen

• Herhaal deze handeling aan de rechterzijde.

• Verwijder het linker zijkussen. Druk eerst de pallen (1) bij de bovenste rand van de achterkant van het zijkussen in. Trek het kussen iets naar buiten

• Pak het kussen met beide handen vast. Draai tegen de klok in tot de pallen aan de binnenkant loskomen

• Verwijder het zijkussen. Trek eerst de bovenkant van het zijkussen naar buiten. Trek vervolgens omhoog

• Herhaal de handeling aan de andere kant.

• Verwijder de afdekking en de schroef van de linker C-stijl

• Herhaal de handeling aan de andere kant.

• Verwijder de rubberen strip bij de achterrand van de portiersponning van het linker achterportier

• Pak de bovenrand van het C-stijlpaneel vast. Trek (A) het paneel naar binnen totdat de drie clips (1) loslaten

• Trek vervolgens (B) het paneel recht omhoog. Leg het paneel opzij

• Herhaal de handeling aan de andere kant.

• Til voorzichtig de voorste rand van het hoedenplankpaneel omhoog totdat de clips (1) loslaten

• Til het paneel verder omhoog totdat de paspennen (2) uit de gaten loslaten

• Trek de hoedenplank naar buiten. Leg de hoedenplank op de neergeklapte rugleuningen.

• Verwijder de vloerbekleding van de bagageruimte bij de achterste rand. Draai eerst de twee knoppen (1) 90°.

• Trek de voorzijde van de vloerbekleding van de bagageruimte omhoog. Klap de voorzijde voor de helft naar achteren over de achterste helft van de vloerbekleding van de bagageruimte.

• Schuif de gehele vloerbekleding van de bagageruimte iets naar voren. Draai een beetje om de vloerbekleding te verwijderen door de opening van de achterklep

• Verwijder de vloerbekleding uit de bagageruimte.

• Druk op het midden van de clips bij de onderste rand van het inklapbare zijpaneel aan de linkerzijde tot ze klikken

• Verwijder de twee clips

• Verwijder de kunststof moer bij de voorste en de onderste rand van het zijpaneel

• Herhaal deze handeling aan de rechterzijde.

• Draai de hendel (1) aan de rechter- en linkerzijde. Draai de hendel door tot 90°.

• Klap de zijpanelen omlaag. Til de panelen naar buiten. Leg het linker zijpaneel opzij. Er zit een nieuw paneel in de set

• Trek het drempelsierpaneel (2) van de achterklep aan de rechter- en linkerzijde naar voren tot de clips aan iedere zijde loslaten. Trek hard maar voorzichtig. Het paneel is stevig vastgezet

• Verwijder de bedrading (3) voor de bagageruimteverlichting

• Trek het drempelpaneel recht omhoog totdat de vier clips aan de onderzijde loskomen. Verwijder het drempelsierpaneel.

Verwijder:

• de clips (1) in het linker zijpaneel vóór in de bagageruimte

• het zijpaneel voor. Leg dit opzij.

Kabelroutering

Kabelroutering

• Leid de bedrading voor het beeldscherm en de radio (A in de setafbeelding), en de DIN-bedrading voor de radio (B in de setafbeelding) tussen het luchtkanaal (1) en de steun (2)

• Leid de kabeluiteinden met de blauwe 5-polige connector (3) voor de voeding en de grijze hoekige connector (4) voor het beeldscherm links van de luchtkanalen boven de uitsparing voor de radio naar de uitsparing voor de dashboardluidspreker

• Klem de bedrading vast aan de steun (2). Gebruik de kabelstrop (5) uit de set

• Leid de bedrading over en langs het luchtkanaal (1) naar de balk (6)

• Zet de bedrading bij de aanwezige kabelboom (7) vast. Gebruik de kabelstrop uit de set.

• Leg beide kabels (A en B in de setafbeelding) onder de vloerbekleding. Ga verder langs de linkerzijde van de auto naar het achterportier

• Bevestig de beschermkappen op de nokken (1) voor de kabelgoten

• Leid de bedrading verder over en langs de voorste kabelgoot (2). Ga verder langs de rechterzijde van de achterste kabelgoot (3).

Leid de bedrading (1):

• naar buiten langs de rechterkant van de kabelgoot (2) en onder de bedrading die daar is aangesloten. Verwijder de connectors indien nodig

• omhoog langs de bovenkant van de wielkast en naar buiten door de opening aan de bovenkant van de wielkast

• omlaag langs de wielkast. Plaats de bedrading zoals afgebeeld.

Aansluiting in de zekeringenhouder

Aansluiting in de zekeringenhouder

• Verwijder de achterste elektronicamodule (REM). Open eerst de pal (1) boven op de eenheid. Klap de eenheid naar voren. Til de eenheid uit de bevestigingen (2).

• Druk de pallen in op de achterste bruine connector in de zekeringenhouder in de bagageruimte. Draai de vergrendelingspal zo ver mogelijk omhoog. Trek de connector naar buiten.

• Trek de zijkanten van de connectorhouder voorzichtig uit elkaar aan de uiteinden zodat de connector langs de pallen kan

• Trek de connector naar buiten.

• Sluit de rood/witte kabel aan in positie 8

• Plaats de connector terug in de houder

• Plaats de connector terug in de zekeringenhouder.

• Druk de pallen op de grijze connector op de achterkant van de zekeringenhouder in de bagageruimte in. Draai de vergrendelingspal zo ver mogelijk omhoog. Trek de connector naar buiten.

• Trek de zijkanten van de connectorhouder voorzichtig uit elkaar aan de uiteinden zodat de connector langs de pallen kan

• Trek de connector naar buiten.

• Sluit de groene (GN) kabel aan op positie 20 in de connector. Sluit de witte (W) kabel aan in positie 21.

Plaats terug:

• de connector in de houder

• de connector in de zekeringenhouder

• de achterste elektronicamodule (REM).

• Leid de voorgeleide aardkabel in de kabelboom naar voren naar de aardingsklem achter de accu

• Sluit de aardkabel van de kabelboom aan op de aardingsklem. Draai de schroef aan. Draai aan tot 10 Nm (7 lbf. ft.)

• Zet de overtollige kabel vast met de blauwe connector.

Bevestigen, de GPS (Global positioning system) -antenne aansluiten

Bevestigen, de GPS (Global positioning system) -antenne aansluiten

• Bevestig de nieuwe GPS-antenne (1) in de geleideropening. Druk de GPS-antenne op zijn plaats. Gebruik de clip in het gat in het midden van de achterrand van de hoedenplank zoals afgebeeld

• Leid de nieuwe kabel (C in de setafbeelding) naar de GPS-antenne. Volg de routering van de aanwezige luidsprekerkabel in de veiligheidsgordelhouder (2)

• Sluit de kabel aan op de GPS-antenne

• Zet vast bij de punten (3)

• Leid de kabel door de opening (4) bij de achterste rand van de wielkast.

Dvd-speler bevestigen

Dvd-speler bevestigen

Geldt niet voor de VS/AUS

• Verwijder de aanwezige antenneversterker (indien van toepassing)

• Sluit de kabel (2) voor de nieuwe antenneversterker (1) aan op de connector (3) voor de antenne in de achterbumper bij het rechter achterlicht

• Plaats de antenneversterker op de rand van het paneel voor het rechter achterlicht

• Draai de antenneversterker vast aan de rand van het paneel.

Geldt niet voor de VS/AUS

• Leid de nieuwe transparante enkele kabel (D in de setafbeelding) van de onderste aansluiting (1) voor de antenneversterker, langs de aanwezige kabelboom in de achterste dwarsbalk en naar de achterste rand van de linker achterwielholte

• Klem de kabel langs de aanwezige kabelboom met behulp van kabelstroppen (2)

• Als de aanwezige antenneversterker is verwijderd, plaats dan de ontkoppelde zwarte kabel in het bovenste contact (3) in de antenneversterker terug.

• Pak vier schroeven, de beugel en de dvd-speler uit de set. Draai de dvd-speler aan de beugel.

• Pak de veermoer (1) uit de set. Druk de veermoer op de paneelrand aan de onderkant van het contact (2) in het paneel.

Dvd-speler aansluiten

Dvd-speler aansluiten

Sluit aan:

• de kabel (1) voor het beeldscherm

• kabel (2) met een groene connector op de voeding

• de kabel (3) voor de GPS-antenne

• de kabel (4) op de antenneversterker

• De DIN-kabel (5) voor de radio.

• Bevestig de beugel met de dvd-speler in de achterste rand van de achterwielholte met behulp van drie schroeven (1) uit de set. Draai de schroeven aan. Draai aan tot 10 Nm (7 lbf ft)

• Klem de blauwe overtollige connector en andere bedrading vast bij de dvd-speler. Gebruik twee kabelstroppen.

Beeldscherm bevestigen en aansluiten

Beeldscherm bevestigen en aansluiten

Geldt voor auto's zonder middelste luidspreker

• Bevestig de beugel (1) op het display (2). Gebruik de schroeven (3) (uit de set).

Geldt voor auto's met een middelste luidspreker

• Bevestig de beugel (1) op het beeldscherm (2). Gebruik de voorste schroef (3).

Geldt voor auto's zonder middelste luidspreker

• Sluit de bedrading van de dvd-speler (1) aan op het display (2)

• Bevestig het beeldscherm en de beugel in het dashboard. Gebruik de aanwezige schroeven (3)

• Druk de nieuwe luidsprekergrille (uit de set) op zijn plaats op het dashboard.

Geldt voor auto's met een middelste luidspreker

• Bevestig de middelste luidspreker in de uitsparing in de beugel voor het beeldscherm

• Draai de luidspreker op zijn plaats vast. Gebruik de vier schroeven

• Druk de connector (1) voor de middelste luidspreker in de beugel aan de linker onderzijde van de beugel van het beeldscherm.

Geldt voor auto's met een middelste luidspreker

• Sluit de drie kabels (1) aan op het beeldscherm en de middelste luidspreker

• Druk het beeldscherm en de beugel in het dashboard. Draai aan met behulp van de 4 x aanwezige schroeven (2)

• Druk de nieuwe luidsprekergrille (uit de set) op zijn plaats op het dashboard.

• Sluit de groene busconnector op de nieuwe kabelboom aan op de groene penconnector ontkoppeld uit de radio

• Sluit de andere twee grote connectors aan op de radio

• Sluit de DIN-kabel aan op de dvd-eenheid

• Sluit de overgebleven connectors, die van de radio werden ontkoppeld, aan

• Sluit de connectors aan op het klimaatregelingspaneel in het dashboard

• Sluit indien van toepassing de connectors aan op het toetsenblok van de autotelefoon

• Plaats de radio en het klimaatregelingspaneel in de middenconsole terug. Draai aan met behulp van de twee schroeven

• Plaats het paneel en de balg van de versnellingshendel rondom de versnellingshendel terug

• Klap de vloerbekleding terug op zijn plaats

• Plaats het zijpaneel terug op de middenconsole

• Plaats de drempelsierpanelen aan de linkerzijde terug

• Klap de linker voorstoel terug op zijn plaats

• Draai de voorste rand van de stoel vast. Zet de stoel vast met behulp van de twee nieuwe schroeven uit de set. Draai aan tot 40 Nm (30 lbf ft). Plaats de afdekkingen over de schroeven terug

• Plaats de hoedenplank terug

• Plaats de panelen van de C-stijl terug. Druk de rubberen lijsten op hun plaats

• Plaats het voorste zijpaneel terug in de bagageruimte

• Sluit de connectors van de bagageruimteverlichting aan op het drempelsierpaneel van de achterklep. Plaats het drempelpaneel terug

• Bevestig een nieuw linker inklapbaar paneel uit de set. Plaats het rechter paneel terug

• Plaats het zijkussen terug

• Klap de rugleuning terug op zijn plaats

• Klap het zitkussen terug op zijn plaats.

Bevestigen, toetsenblok in het stuurwiel

Bevestigen, toetsenblok in het stuurwiel

• Draai het stuurwiel 90º zodat deze zich in de afgebeelde stand bevindt en de twee gaten aan de achterzijde van het stuurwiel blootliggen.

• Steek een schroevendraaier in het gat aan de achterzijde van het stuurwiel, haaks op het achtervlak van het stuurwiel

• Steek een schroevendraaier zo ver mogelijk naar binnen om de stand van het uiteinde van de veerklem (1) te bepalen

• Plaats het uiteinde van de schroevendraaier boven de veerklem

• Wrik de schroevendraaier omhoog in de richting van de bovenste rand van het gat (2) totdat de veer loskomt en één kant van de stuurwieleenheid losspringt en loskomt uit de bevestiging

• Draai het stuurwiel 180º. Herhaal deze procedure aan de andere zijde

• Draai het stuurwiel zo dat de wielen recht vooruit staan.

• Klap de stuurwieleenheid naar buiten

• Verwijder de twee connectors (1) voor de sensorbedrading op de airbag.

  
  

  NB! De connectors zitten stevig vast. Gebruik geen gereedschap om de connectors te ontkoppelen

  
  

• Leg de stuurwieleenheid opzij.

Verwijder:

• de schroef (1). Verwijder de aardkabel

• de connector (2) voor de claxon en de toetsenblokken

• de drie schroeven (3). Til de claxon (4) naar buiten.

Afbeelding A

• Zet het stuurwiel in een geschikte stand. Snijd langs de aanwezige markeringen. Gebruik een klein mes.

  
  

  NB! Houd het mes zo dat de snede haaks op de achterzijde van het stuurwiel wordt gemaakt. De reden hiervoor is het risico te verkleinen dat er een te groot gat wordt gesneden omdat de rand langs het toetsenblok maar een paar millimeter breder is dan het toetsenblok.

  
  

Afbeelding B

• Snijd ook een deel van het materiaal af aan de achterkant van de stuurwielspaak

• Snijd tot het toetsenbord op de goede plaats zit.

• Pak dan het toetsenblok, twee schroeven en het deksel uit de set

• Zorg dat de kabel op de onderkant van de stuurwielspaak is geplaatst

• Plaats het toetsenblok in de opening in het stuurwiel met de tekst op de knoppen naar boven gericht. Druk naar binnen tot het toetsenblok vloeiend in het stuurwieldeksel overgaat.

• Draai het toetsenbord en het deksel rondom de spaak aan. Gebruik de schroeven.

• Plaats de claxon zoals afgebeeld

• Sluit de gemonteerde toetsenblokconnector aan op de achterkant van het toetsenblok aan de rechterkant van de claxon. De kabel van het gemonteerde toetsenblok is bijzonder kort en de connector is moeilijk aan te sluiten.

• Plaats de claxon terug aan de hand van de omgekeerde volgorde van handeling 51. Zorg dat de drie veren juist geplaatst zijn. Controleer of de aardkabel niet klem zit

• Draai de schroeven beurtelings aan. Draai aan tot 6,5 Nm (5 lbf.ft.)

• Plaats de aardkabel terug. Draai de aardkabel aan

• Sluit de connector voor de claxon en de toetsenblokken aan

• Controleer de werking van de claxon. Druk de claxon rond zijn gehele omtrek aan.

• Controleer of de twee veren (1) op hun plaats zitten

• Druk op de twee connectors voor de sensorkabels voor de airbag in de stuurwieleenheid.

  
  

  NB! De bedrading moet door de aanwezige houder geleid worden (2).

  
  

• Steek de twee pennen aan de achterzijde van de stuurwieleenheid in de twee veren. Zorg dat de sensorkabels niet worden belemmerd

• Druk de stuurwieleenheid in de bevestigingen. Er zijn twee klikken hoorbaar.

• Zet de contactsleutel in stand II

• Sluit de minkabel van de accu opnieuw aan

• Plaats de vloerbekleding in de bagageruimte terug

• Programmeer de software aan de hand van de service-informatie in VIDA.